Startpagina??? > ???Eigen schrijfsels??? > ???

Andreas Coone, de eerste Koene op Flakkee???

Half maart 1755, vroeg in de ochtend - de avond tevoren had Dries al uitvoerig afscheid genomen van zijn familie - ging hij op weg, met een laatste zwaai nog naar zijn broer. Op het kruispunt in het centrum van het dorp koos hij voor de weg naar het noorden. Het was goed weer, de kasseien waren droog. Toch was het daarop niet lekker lopen. De ruimtes tussen de zware stenen waren groot en om de haverklap zat hij met zijn klompen daarin vast. Buiten het dorp gekomen koos hij voor de smalle strook gras naast de keien, die door de gaten die paarden daarin getrapt hadden, ook oneffen was. Het gras liep gemakkelijker. Hij schoot lekker op. Bij Wachtebeke besloot hij even uit te rusten en de boterhammen op te eten, die zijn schoonzus voor hem had klaargemaakt. In een herbergje dronk hij een kroes warme melk. Hij wilde die dag proberen in Westdorpe te komen. Dat zou vast lukken, de afstand was niet groot. Hij zou daar al voor de middag aankomen. Omdat hij aan het lopen op de baan niet gewend was, had hij besloten voorzichtig te beginnen, en niet door te lopen tot zijn voeten zeer gingen doen. In Westdorpe zou hij vragen naar het naast gelegen haventje. Wellicht vond hij daar een schuitje waarmee hij verder zou kunnen reizen.

Onderweg dacht hij terug aan de gesprekken die hij de laatste tijd met zijn broer had gevoerd, over de moeilijke periode tijdens en na het overlijden van hun moeder, over zijn plannen om het ouderlijk huis te verlaten, en over de voortzetting van het bedrijf. Hun leventje was lang geruisloos en zonder problemen verlopen. Maar toen hun moeder in het voorjaar van 1751 ernstige problemen kreeg met haar gezondheid, zaten ze opeens in de zorgen. Het was alsof Maria het had voelen aankomen, dat ze niet meer lang te leven had. Kort daarvoor had zij haar testament laten opmaken bij de notaris, waarbij ze haar eigendommen had vermaakt aan haar beide zoons, de enige nog levende kinderen van de in totaal dertien van haar man Andreas. De waarde van haar bezit zat voornamelijk in de boerderij; het bijbehorende land was gepacht. Bij de boerderij hoorden twee kleine schuren, een achttal koeien, vier geiten, twee varkens en een twintigtal kippen. Nog geen jaar na haar gang naar de notaris stierf Maria van Damme, die tot aan haar dood de leiding op de boerderij had gehad. Twee weken daarvoor had zij nog met haar zoons gesproken, met ieder apart. ???Heb jij begrepen, Dries, waarom ik dat zo lang heb gedaan???? ???Nee ma, misschien omdat dat je dat altijd graag deed? Het ging je erg goed af.??? ???Ja, dat is zo, maar een jaar of vier geleden wilde ik er eigenlijk mee stoppen zodat ik me meer bezig kon houden met de kleintjes van Joos en Kaat. Ik zat echter met een probleempje. Joos is een goede boer voor alles wat het bedrijf betreft, maar hij lijkt op zijn vader. Die was ook goed voor het werk, maar wat hij miste was handelsgeest. Elk jaar begon hij te laat met verkopen en door de commissionairs liet hij zich vaak ook een oor aannaaien. Toen ik met hem trouwde, heb ik de verkoop dan ook op me genomen. Dat was voor hem even wennen, maar toen hij zag hoe goed het uitpakte, was hij er heel blij mee. Ik heb het vaak van Catrijn, zijn oudste dochter, gehoord. Herinner je je haar nog???? Hij had geknikt, al kon hij zich zijn halfzuster maar vaag herinneren. Hij was nog maar net vier toen Catrijn in 1731 in het kraambed stierf.

???En Joos is precies zo, dat weet ik zeker,??? hernam zijn moeder. ???Daarom had ik jou voor dat deel van het werk willen vragen, maar ik was bang dat Joos zich dan gepasseerd zou voelen. Hij is tenslotte ruim tien jaar ouder dan jij???. Maar achteraf bezien had ik dat wel moeten doen. Jullie gaan zo geweldig met elkaar om. Nu denk ik dat hij helemaal geen probleem met die taakverdeling zou hebben gehad. Het is echter gegaan zoals het is gegaan. Ik heb hierover niet met Joos gesproken en nu leg ik alles in jullie handen.??? Kort daarna was zij in coma geraakt???.

Joos was er altijd van uit gegaan dat hij samen met zijn broer het bedrijf zou voortzetten. Hij, Dries, had zich daar nog nooit over had uitgelaten, maar hij dacht er heel anders over. Hij vond het bedrijf voor hen beiden te klein. Bovendien was hij nog vrijgezel, terwijl zijn broer getrouwd was met Kaatje Koeyman en al drie kinderen had: Maria van vijf, Catrien van twee en Anna, die nog een baby was. Al enige jaren dacht hij erover het ouderlijk huis te verlaten, maar de problemen die zich daarbij konden voordoen had hij nog niet goed overdacht. Allereerst was daar de hechte band met zijn broer, met wie hij zoveel jaren lief en leed had gedeeld. Hoe zou zijn beslissing overkomen bij Joos? Wat de verdeling van de erfenis betreft, voorzag hij weinig problemen. De boerderij was voor Joos en hij zou genoegen nemen met een financi??le vergoeding die de bedrijfsvoering niet in gevaar zou brengen. Daar zouden ze in goed overleg wel uitkomen. Joos had een gezin met alle daarbij horende zorgen en hij zelf was niet gebonden, en ook sterk en gezond. Hij zou zijn weg in het leven dus wel vinden.

Maar het grootste probleem voor hem was dezelfde vraag waarmee ook moeder had geworsteld: of Joos wel in staat was op eigen benen te staan. Hij was een prima boer. Het land lag er keurig bij en de sloten werden goed onderhouden. Ook aan het gereedschap en de landbouwwerktuigen besteedde hij veel zorg en het vee was bij hem in goede handen. Maar moeder had gelijk dat hij ????n belangrijke eigenschap miste: om op het juiste moment tot verkoop te komen. Joos was trouwens de eerste om dat toe te geven. ???Maar daarvoor heb ik jou toch,??? had hij weleens gezegd. Na het overlijden van moeder werden dan ook snel afspraken gemaakt. Hij nam de verkoop op zich en onderhield de contacten met de commissionairs. Joos bleef alles volgen, maar liet de beslissingen aan hem over. Zijn plan om te vertrekken nam echter steeds concreter vormen aan. Na er nog een tijdje op gebroed te hebben, had hij de kwestie aan Joos voorgelegd. ???Het probleem is, Joos, dat dit bedrijf te klein is voor ons beiden. Ik ben dan ook van plan om binnenkort iets anders te gaan doen.??? Joos reageerde geschokt: ???Maar broertje, dat kun je niet doen. We kunnen je echt niet missen.??? Hij snoot langdurig zijn neus en wiste met een zakdoek zijn tranen weg. ???Hoe moet dat nu???? vroeg hij zichtbaar aangedaan, waarop hij, Dries, hem verzekerde dat hij alvorens te vertrekken eerst alles goed wilde overdenken. ???Ik neem genoegen met een redelijke vergoeding. Daar komen we wel uit. De voortgang van het bedrijf moet gegarandeerd zijn en ik heb ook een idee om je bij de handel te helpen.???

Naast hun boerderij lag die van Raymond IJsebaert en zijn vrouw Clarisse. Dat waren geweldige buren. De altijd goedlachse Raymond was van dezelfde leeftijd als Joos en ze kenden elkaar al van jongs af aan. Op hun bedrijven werkten ze al veel samen. Net als ma was IJsebaert uiterst gewiekst in de handel en maakte altijd de beste prijzen. ???Jullie zijn beiden goede boeren, maar elkaars tegenpolen in de handel. Dus we moeten eens met IJsebaert praten, Joos.??? Toen Joos van de schrik was bekomen, ging hij daarmee snel akkoord. In een mum van tijd werden er afspraken gemaakt. Joos zou helpen met sloten schoonmaken, waar IJsebaert wel eens te laat mee was. Hij had daarvoor al een paar keer een boete gekregen. Als wederdienst zou IJsebaert voortaan voor Joos de landbouwproducten gaan verkopen. In het volste vertrouwen dat het helemaal goed zou komen, besloot hij definitief om het komende voorjaar te vertrekken.

Westdorpe was een langgerekt dorp aan een smalle dijk. De huisjes waren klein met hier en daar een steetje ertussen. Aan een man die in zijn hofje bezig was de laatste rode kolen van de vorige winter op te ruimen vroeg hij naar een geschikt logementje om te eten en de nacht door te brengen. ???Oh, daar heb je er hier meerdere van,??? zei de man. Het taaltje was goed te verstaan, maar het klonk toch anders dan het Vlaams van Sinaai. ???Een Vlaming, ik hoor het al, uit Sint-Niklaas???? De man was duidelijk om een praatje verlegen. ???Nee, Sinaai.???

???O, dat ligt daar vlakbij, maar je zoekt een herberg? Nou, ik weet een heel goeie, een eindje verderop, net voorbij de molen. Je kan het gemakkelijk vinden. Het heeft voor de ramen vier blauwe blinden.??? Dries bedankte de man voor de informatie en liep in de richting van de molen. En ja hoor, daar voorbij was de herberg. De deur stond half open. ???Volk,??? riep hij hardop.

???Kom binnen, kom binnen,??? klonk een mannenstem vanuit het donkere kamertje. ???Je bent vroeg, ik heb de luiken nog niet open, maar je bent welkom, hoor.??? Hij?? ging vlug naar buiten en deed de blinden open. Weer binnen zag Dries de man pas goed. Hij leek als twee druppels water op de man die hij zo juist de weg gevraagd had! ???Kan ik hier vanavond eten en slapen, en morgenochtend ontbijten en boterhammen meekrijgen???? ???Natuurlijk, man, heb je dorst? Het eerste biertje is van de zaak!??? Samen dronken ze het donkere bier, vast hier niet zover vandaan gebrouwen. ???s Avonds kreeg Dries een lekkere prak voorgeschoteld, klaar gemaakt door de vrouw des huizes. Er waren twee andere gasten, en later op de avond kwamen ook nog een paar dorpelingen?? binnen stappen. Het was een gezellig groepje mensen. Dries dronk nog een paar biertjes met de mannen mee, maar om half negen besloot hij zijn bed op te zoeken op de zolder van het huis. Er was geen trap, maar een laddertje, dat de herbergier van de zolder trok. Boven stonden vier eenvoudige ledikanten. ???Kijk maar, welke je neemt,??? zei de herbergier die met hem mee naar boven was geklommen en hem met een lantaarntje bijlichtte. De slaap liet niet lang op zich wachten. Morgen zou hij verder gaan. ???Neuzen,??? had een van de gasten gezegd.?? Daar was een flinke haven, daar vond je heel gemakkelijk een schuit. Neuzen, ja, daar zou hij heen gaan.

De volgende morgen na een stevig ontbijt met hete koffie nam Dries, na afgerekend te hebben, afscheid van de herbergier en zijn vriendelijke?? vrouw. ???Je kan het best even terug de dijk aflopen, en bij de eerste afslag rechtsaf gaan, dan kom je vanzelf in Neuzen. Je bent er vast weer voor de middag. Dat is wel handig, dan kan je meteen in de haven een schipper opzoeken die bezig is met een vrachtje te laden of te lossen. Je vraagt dan, of je kan helpen. Je wordt zeker aangenomen, want je ziet er sterk uit. Laat vervolgens flink je handen wapperen en de schipper tussen neus en lippen weten, dat je een schuitje zoekt waarmee je verder Zeeland in kan varen. Waar wil je heen? Vlissingen, Zierikzee, Brouwershaven, Tholen? Dries had geen flauw idee. ???Wat denk je, ik zoek werk???.???

???Op een schip???? vroeg de herbergier. ???Nee, nee, sjouwerswerk in een haventje, of op het land bij een boer.??? ???Nou, dan zou ik Zierikzee kiezen, dat is een levendige stad met een grote haven, volop werk. Mocht je toch bij een boer willen werken, dan is daar een ruim achterland, waar het wemelt van de boeren.???

De dijk naar Neuzen was een stuk beter. De kasseien waren niet zo lang geleden gelegd. Zijn voeten in de harde klompen begonnen wat pijnlijker aan te voelen, en ook was er meer verkeer. Bovendien begon het na een paar kilometer te regenen. Dries was daar niet op gekleed. Al gauw was hij doorweekt en begon hij het koud te krijgen. Hoe dichter hij bij Neuzen kwam, hoe vaker hij werd gepasseerd door karren, die weinig rekening hielden met de eenzame wandelaar. De plenzen water uit de plassen vlogen hem om de oren.

???Ruige gasten, die Zeeuwen.??? Hij wist het, in Sinaai had hij dat vaak horen zeggen. Vloeken, een vuist opsteken ??? wat Dries ook wel deed - hielp geen zier. Die lui leken het leuk te vinden de man op de dijk vol te raken. Gelukkig was Neuzen niet ver meer. Hij kon al de twee kerktorens zien. Dries wou zo snel mogelijk naar de haven, maar eerst wilde hij er wat netter uit zien dan nu het geval was. Hij had geen extra kleding bij zich, dus moest hij wat hij aanhad ergens uitdoen, afschuren en buiten laten drogen. Bij een boerderijtje vlak voor de bebouwde kom - het was net droog geworden - zag hij een vrouw bezig de was op te hangen.

???Mag ik me in de schuur omkleden, vrouw, en mijn kleren wat op orde brengen???? Ze keek hem even aan. ???Ja, hoor, ga je gang.??? Na een uurtje zag Dries ??? zijn broek en jas had hij niet helemaal schoon kunnen krijgen ??? er weer een stuk beter uit. Hij bedankte de vrouw en zette de pas erin naar de haven. Die lag aan de andere kant van het dorp, bij de Westerschelde, had hij zich laten vertellen. In de haven heerste grote bedrijvigheid, grote en kleine schepen lagen dicht tegen elkaar aangemeerd. Dries besloot te kiezen voor een klein zeilscheepje, waaruit twee mannen zware zakken tilden en daarmee naar een loods liepen - wat er in zat kon Dries niet zien. De ene man was nog jong, net in de twintig, de ander was een vijftiger. Ze leken op elkaar, waarschijnlijk een vader en een zoon. De oudere man had duidelijk moeite met het werk. Op de loopplank wankelde hij voortdurend, en na de aflevering van een zak in de loods wiste hij telkens het zweet?? van zijn voorhoofd.

???Kan ik helpen, schipper???? De oudere man schudde het hoofd, de jonge man was toeschietelijker. ???Graag, mijnheer, mijn vader is ziek, ik wil graag dat hij rust neemt, maar ik kan het niet alleen af.???

Dries trok de kaaiwerkerszak over zijn hoofd, die hem werd aangereikt door de jongeman die er ook zo een op had, en dook via een kort laddertje het ruim in, waar nog een twintigtal zakken stonden. ???Stop maar, vader, deze man neemt het van je over, ik doe het ook even rustig aan. We hebben nog tijd genoeg.???

Terwijl vader en zoon plaats namen op een paar bolders op de kade, sjouwde Dries de zakken naar de loods. Het was zwaar werk, vooral de trap vanuit het ruim was een obstakel, maar Dries was in de kracht van zijn leven. Na twee uur was het ruim leeg en lagen de zakken keurig opgestapeld in de loods.

???Goed werk, mijnheer!??? De oudere man was weer helemaal bij zijn positieven. ???Zeg maar Dries, hoor, hoe heten jullie???? De oudere man bleek Gerrit Polij te heten, zijn zoon Dingeman. ???We komen uit Tholen, maar we varen nu al een paar weken vanuit Brouwershaven naar hier. We willen zo meteen vertrekken om?? voor het donker nog Arnemuiden te halen. Dat moet lukken. De wind staat goed.???

Het was voor Dries een goed moment. ???Kan ik met jullie mee, ik moet ook die kant op, en het lopen ben ik een beetje zat.??? Even keken vader en zoon elkaar aan. ???Natuurlijk, Dries, dat kan, hoor. In het vooronder is nog wel een plekje voor je.?? Wij slapen achterin. ???Wij???, dat bleken niet alleen Gerrit?? en Dingeman te zijn, maar ook de vrouw van de schipper, die zich nog niet had laten zien.

Nadat Dingeman de touwen van de bolders had losgemaakt en de boot weer was ingesprongen, trok hij het zeil wat losser. Hierdoor werd meer wind gevangen en dreef het schuitje langzaam van de kant. Zo vlak bij de andere boten varend, moest de schipper nauwkeurig manoeuvreren. De uitgang van de haven was niet ver, en alras waren ze op het open water. Dingeman bediende de zeilen en gaf ze precies de benodigde wind. Met een flink gangetje ging het in westelijke richting. Dries was nog nooit op zo???n groot water geweest. Beducht keek hij naar de hoog aanrollende golven die tegen de boorden van het schip aansloegen.

???Koffie, maatje???? Achter hem stond Dingeman die bij zijn moeder twee grote mokken koffie had opgehaald. Achterom kijkend zag Dries dat de schipper aan het roer er ook een in zijn vuist geklemd hield. ???Lekker, man, zijn we voor donker in Arnemuiden???? ???Ja, hoor, de boot is leeg en het gaat gezwind voor de wind. Meestal hebben we hier de wind tegen. Dan hadden we het niet kunnen halen, en waren we pas de volgende morgen vertrokken.??? Toen ze de haven van Arnemuiden naderden, begon het al lichtelijk te donkeren.

???Geen probleem hoor, Dries. Hier in de haven liggen maar een paar boten. Dit is een vissersstadje, de meeste boten zijn uitgevaren en op zee of in andere havens, tot in Goedereede, Scheveningen en IJmuiden.??? Binnen tien minuten lag de boot aangemeerd en doken de mannen de piepkleine kajuit in, waar vrouw Polij de piepers klaar had. Dingeman en zijn vader zetten hun pet af en bogen het hoofd, Dries sloeg een kruis. Het was Dingeman niet ontgaan.

???Ben je Rooms, Dries, ik dacht het al, die Vlamingen zijn dat bijna allemaal.??? ???Nee, hoor, bij ons zijn er ook gereformeerden, sommige dorpen zelfs helemaal.??? ???Het maakt mij niks uit, Dries. Ik zeg altijd ???we binne van dezelfde God???, en die heeft ons allen even lief.??? De schipper en zijn vrouw deden er het zwijgen toe. Die waren duidelijk conservatiever dan hun zoon. Het leek, of Dingeman aanvoelde dat Dries dat dacht.

???Mijn vader en moeder zijn pas laat gaan varen. Zij hebben hun jeugd in Sint Annaland doorgebracht, daar belijdenis gedaan, en naar kerk en catechisatie gegaan. Ik ben opgegroeid op dit schip, en kwam natuurlijk regelmatig aan de wal, maar kerkelijk heb ik veel minder meegekregen dan mijn ouders. Vorig jaar heb ik wel belijdenis gedaan.???

Om beurten prikten ze een aardappeltje uit de pan, om die in het kannetje jus ernaast te dopen. Het smaakte heerlijk. Na de aardappels zette vrouw Polij, duidelijk een zorgzame, maar wel erg zwijgzame vrouw, die al die tijd nog geen woord had gezegd, een pan rijst op tafel. Na de maaltijd pakte de schipper een zwartbruin bijbeltje, sloeg het bij het rode lintje open en begon eruit voor te lezen. Dingeman en zijn moeder bogen het hoofd en Dries volgde hun voorbeeld. Hij kende het verhaal. Op het dorpsschooltje in Sinaai had de pastoor dit - in ietwat andere bewoordingen - wel eens verteld. Uit de mond van de schipper en omgeven door een andere sfeer, klonk het veel statiger.

???Ik kan niet lezen, mijn vader wel.??? Dingeman was duidelijk trots op de oude man. Na deze lange dag gingen ze naar bed. Dingeman had ???s middags Dries zijn slaapplaats in het vooronder al aangewezen. Op een stoeltje ernaast lag een stapeltje dekens en een kussen. ???We hebben wel eens meer een hulpje aan boord,??? had Dingeman gezegd. ???Ik zal je nog even bij lichten,??? zei hij nu, ???het is hartstikke donker.???

De andere dag, halverwege de middag, voeren ze de haven van Brouwershaven in. De boot lag nog niet vast, of Dingeman en Dries waren al op de kade gesprongen. Het vastleggen was in een mum van tijd gebeurd. Een klerk van het bedrijf kwam aansnellen.

???He, Dingeman, jullie kunnen pas morgenochtend met laden beginnen. Jullie zakken liggen achter in de loods. Eerst moet wat daarvoor ligt weg. Ze zijn er al mee bezig, maar pas tegen de avond komen jullie zakken vrij.??? Dat was een fikse domper voor Dingeman. Hij had gehoopt de volgende ochtend vroeg met een geladen boot te kunnen vertrekken. Dries was van plan geweest te helpen, maar nu het vandaag niet meer kon, besloot hij de reis te voet voort te zetten. Met Dingeman kon hij goed opschieten. De jongeman praatte ronduit, maar zijn ouders waren al die tijd erg zwijgzaam geweest. Dries had hem nog gepolst, wat daarvan de reden zou kunnen zijn. Dingeman had geen antwoord gegeven, maar Dries vermoedde dat het waarschijnlijk het ???paapse??? was dat aan hem kleefde.

???s Morgens toen hij met Dingeman over de voortzetting van zijn reis had gesproken, zei deze dat hij in Brouwershaven een scheepje voor hem zou zoeken. Hij kende daar de meeste schippers wel. ???Waar wil je eigenlijk heen???? had hij gevraagd. ???Dat weet ik niet, het liefst zou ik naar een boerenstreek willen. Daar kan ik het komende seizoen proberen werk op het land te vinden. Goeree, zou dat wat zijn???? ???Nee, Dries, dat is niks voor jou, rond Ouddorp is er slechte grond, daar is geen droog brood op te verdienen. Bovendien wonen er veel doopsgezinden - geen kwaaie mensen hoor, ze zullen je niet opvreten -, maar je zal je er snel eenzaam voelen. De gereformeerden daar ???,??? hier was het gesprek gestokt. ???Ik moet ???.??? zei Dingeman, terwijl hij wegliep, maar even later kwam hij terug.

???Weet je waar je het beste heen kan gaan, naar Brabant, naar Steenbergen. Dat is prima met de boot te bereiken, en er wonen veel katholieke boeren.??? ???Ok??, Dingeman, dat lijkt me een goed idee, maar je hoeft geen boot voor me te zoeken.???

Die ochtend had hij zich een tijdje beroerd gevoeld door het voortdurende geschommel, en nog steeds voelde hij zich wat licht in het hoofd. ???Ik ga liever lopen. Is hier verderop in de buurt een korte oversteek naar Brabant???? Dingeman had eerder gezegd dat het over water van Brouwershaven naar Steenbergen nog een heel eind was. ???Jawel, dan moet je naar Bruinisse, daar vertrekken veel boten naar Brabant.???

Op de kade nam hij afscheid van Dingeman, waarop hij naar de boot liep om de schipper te bedanken voor de reis en de gastvrijheid. ???Groeten aan uw vrouw.???

Hij liep de haven af, het stadje door en de dijk op. Zonnemaire - met een pijltje erachter - stond er op een houten bordje aan een scheef hangend paaltje.?? Bruinisse kon hij die dag niet meer bereiken. De zon stond al laag, over twee uur zou het donker zijn. Onderweg zou hij ergens een slaapplaats moeten vinden. De afstand viel reuze mee: nog geen 15 kilometer, maar na een kilometer of acht was er van de zon achter hem niet veel meer over dan een wegstervend streepje. Het lopen over de modderige, gedeeltelijk met gras begroeide dijk ging moeizaam. Regelmatig slipte hij weg, en moest hij oppassen om niet te struikelen. In de verte werd Bruinisse al zichtbaar. Bij een boerderij onder aan de dijk, liep hij het erf op. Erg vriendelijk was de boer niet, heel nors zelfs en kort van stof, maar tot zijn verrassing kreeg hij toestemming om in de hooiberg te slapen. ???Geen vuur maken, he!???

Omdat er rond de boerderij niet veel te zien was - het vee?? stond binnen - en een praatje met de boer er ook niet in zat, klom Dries meteen de hooiberg in. Hij trok het bovenste harde hooi los en groef een kuil in een zachtere en warmere laag. Van opzij pakte hij flinke plukken los hooi en gooide die over zich heen. Hij sliep al bijna, toen hij de boer opeens hoorde roepen: ???He, makker, heb je al gegeten, kom maar even binnen.??? Dat was een verrassende ontwikkeling! In de keuken schoof de boerin hem een bijna vol pannetje erwtensoep toe. Ook?? sneed ze vier dikke boterhammen. ???Wat wil je erop, spek of ham? Hier, ook nog een zak brood voor morgenochtend.??? Wat een ontvangst??? ???Heel veel dank, vrouw.??? Wat een lieve mensen???.??

De volgende dag, in Bruinisse, stond Dries al om negen uur op de haven. Hij was die morgen vroeg gewekt door het geblaf van een grote herdershond, die hem in de hooiberg had ontdekt. Het beest, dat aardig tekeer ging, was pas opgehouden toen de boer aan kwam lopen. ???Goed volk, Frida!??? Het was nog steeds donker, maar in de verte gloorde het eerste licht. Na de zak boterhammen soldaat gemaakt te hebben, zwaaide hij ten afscheid naar de boer. ???Hartelijke groeten aan uw vrouw, en bedankt.???

Bij het weegbruggetje kwam hij een jongeman tegen. ???He, vriend, weet jij een boot die vandaag naar Steenbergen gaat???? ???Nou, nee - dat weet ik niet zo gauw. Wacht, vraag het aan Kees van Dongen, die schipper daar. Dat is een Brabander.??? Dries stapte meteen op Van Dongen af, die bezig was de luiken van de boot af te sluiten.

???Nou, dat is toevallig, daar moet ik zo naar toe.??? De man sprak een heel ander taaltje dan de Zeeuwen, maar voor Dries was het goed te verstaan. ???Ik vertrek zo. Eerst moet ik in Oude Tonge vracht ophalen, en vandaar ga ik meteen door naar Steenbergen. Ik wacht nog op mijn knecht. Dat is er een uit Bruinisse, die heeft vannacht bij zijn familie geslapen. Ha, daar komt hij al???.??? De knecht was een jong ventje, niet ouder dan een jaar of zestien. ???Het is een harde werker, hoor, daar kan niemand tegen op. Je zal het straks in Oude Tonge wel zien???. Wil jij daar dan helpen met laden? Dat scheelt weer tijd, en ben ik lekker vroeg thuis. Ik woon in Standdaarbuiten, maar Steenbergen is mijn thuishaven. Daar huur ik in een stalling een koetsje en een hitje, lopen is niet te doen??????

Op de Krammer woei het behoorlijk hard, en omdat de wind niet gunstig stond, zat er weinig vaart in. ???Het kan lastig worden om vandaag Steenbergen nog te halen. Wat moet je daar eigenlijk doen???? Dries vertelde daar werk te willen zoeken, want dat hem was afgeraden dat in een protestantse streek te doen. ???Dat laatste was goede raad, maar naar Steenbergen gaan, nee - dat lijkt me minder geschikt. De boeren hebben hun arbeiders allang aangenomen, vrijwel allemaal lui die ze kennen. Bij het begin van het seizoen zijn de meeste arbeiders daar werkeloos. Ze trekken straks met grote groepen naar de eilanden, waar altijd werk te vinden is. Man, je bent zo in Oude Tonge, zoek daar toch werk. Daar ligt een uitgestrekt achterland met grote polders zoals de Galathee en de Til. In mijn jonge jaren heb ik in de buurt van de acht huisjes, bij de stoof, gewerkt. Ik ben daar drie seizoenen geweest. Een van de boeren heette Van Kempen. Ik kwam er in april en ging tegen de winter weer naar huis. Toen ik die eerste winter al verkering kreeg en ging trouwen, heb ik nog geprobeerd mijn vrouw mee te krijgen. Maar die zag het niet zitten. Uiteindelijk ben ik toen gaan varen, en ging ze wel altijd mee. Vijf jaar geleden is ze overleden. Kinderen hebben we niet.???

Dries dacht na over de woorden van de schipper. Tja, misschien moest hij dat maar doen. Eerst maar eens meevaren naar Oude Tonge en kijken wat dat voor?? dorpje was. Van Dongen had ook nog gezegd dat het gedeeltelijk katholiek was en daar de enige katholieke kerk van het eiland stond.?? ???Als ik jou was zou ik niet in het dorp zelf gaan wonen. Je kunt het beste proberen bij een boer een onderkomen te vinden. Dat zal geen huisje zijn, maar een plekje in de schuur. Dat buurtje met de acht huisjes raad ik je niet aan. Elk jaar zit daar weer ander volk - het is er een komen en gaan - verder zijn ze ruig en bandeloos. En zuipen dat ze doen - niet normaal meer. De pastoor heeft totaal geen vat op hen. Hij ziet ze alleen bij een doop van een kind of een trouwerij.?? Goede raadgevingen zijn aan hen niet besteed, die lappen ze aan hun laars. De schout van de Plaat heeft elke dag wel redenen om er op te treden, maar hij laat zich zelden zien. Hij is gewoon bang van die lui. Het is echt een wilde bende. In de naburige gehuchten, de Langstraat en Sesiej, of hoe dat plekje ook heet, schijnt het beter wonen te zijn. In Sesiej ben ik nooit geweest, maar door de Langstraat liep ik wel eens als ik van Sluijs af kwam. De bevolking is niet, zo als bij de acht huisjes, helemaal rooms, maar de protestanten daar schijnen goed met hun buren om te gaan. De katholieken wonen er ook vrijwel allemaal vast. De grotere dorpen in de buurt, de Plaat en Den Bommel, zijn echte protestantse bolwerken, waar geen roomse binnen komt. Ja, in een kistje???.???

Het laatste stukje naar het haventje van Oude Tonge ging door een smalle vaarweg van ruim een kilometer. Het was rustig in de haven. Precies voor de loods waar de vracht ingenomen zou worden, meerde de schipper aan. Er kon onmiddellijk met het werk begonnen worden. Twee kaaiwerkers, kerels van een jaar of twintig, kwamen aangesneld en werden beiden door de schipper?? aangenomen. Omdat het scheepje het laatste stuk - in de luwte van de dijk - minder wind tegen had gehad, zag het er naar uit dat ze toch nog vandaag naar Steenbergen zouden kunnen vertrekken. De vracht, de laatste uit de loods, bestond uit uien, ???juun??? hadden de kaaiwerkers gezegd. De prijzen waren al vanaf het najaar laag, maar omdat de oogst van vorig jaar niet lang meer kon blijven liggen, moest de partij hoognodig weg. Wat de koper er in Steenbergen mee moest, daar had Dries geen flauw idee van.

???Ik denk dat hij de ???juun??? over het land gaat spreiden, hij heeft er vast niet veel voor betaald,??? zei het knechtje. Ja, dat bleek een werkertje te zijn! Gelijk op werkend met de kaaiwerkers, en even behendig het trapje naar het ruim af- en opklimmend, draafde hij vervolgens over de kade met de vijftig kilo wegende zakken. Dries was zeker zo sterk als de sjouwers, maar miste hun ervaring. Daarom stond hij bij de schipper in het ruim, om samen de zakken aan te nemen en op te stapelen. In een mum van tijd was het schip geladen.

???Nou, Dries, wat doe je, ga je mee, of blijf je hier? Ik ga weer varen.??? Dries had bij het binnenvaren van de haven nog wat getwijfeld, maar hakte nu de knoop toch door. ???Ik blijf hier.???

Terwijl het schip zich losmaakte van de kade, riep Dries de mannen een goede vaart toe, waarna hij zonder om te kijken het haventje afliep. Op de dijk vroeg hij aan een man, die hem nieuwsgierig aankeek, welke kant het op was naar de acht huisjes. De namen van de andere plaatsjes was hij kwijt.

???Agtuze? Die kant op,??? wees de man in oostelijke richting. Via een licht naar links afbuigende dijk, langs twee brede wateringen, kwam Dries bij een kruispunt. Daar waren er twee mogelijkheden: via een kronkelige dijk rechtdoor, of via een rechte dijk - voor zover hij dat kon zien - naar rechts. Welke moest hij nemen? Verdorie, hij kon maar niet op de namen van de andere door de schipper aangeprezen gehuchten komen. Langs de dijk naar rechts was enige bebouwing, kleine boerderijtjes met hier en daar een huisje ertussen, maar van een dorpje kon je niet spreken. Links in de verte zag hij, ook langs een dijk, wel iets dat op een dorpje leek: een twintigtal lage huisjes en een paar boerderijtjes. Het was te ver om details waar te nemen, maar in de polder voor het dorp waren er een paar grote boerderijen te zien. ???Op hoop van zegen,??? mompelde Dries en ging rechtdoor. Na een half uurtje bereikte hij het eerste huisje, dat een eindje buiten het dorp lag. Omdat hij er niemand zag, liep hij door. Eerder was hij op de dijk al de boerderijen gepasseerd, die hij op het kruispunt had waargenomen, een kleine links en een grote rechts. Voorbij het huisje lagen er links nog twee grote boerderijen,?? een eindje van de dijk af, in de polder. Uit de verte had hij ze niet gezien, gedeeltelijk verscholen als ze waren achter de dijk. Even later kwam hij op een kruispunt, waar een flink aantal huisjes rondom een pleintje was gesitueerd. De dijk waarover hij gekomen was, liep verder langs een lange rij huisjes en een daar loodrecht op staande andere dijk liep naar rechts. Ook daar stonden zover hij kijken kon huisjes. Dit moest wel het centrum zijn, maar het stelde niet veel voor. Hoe anders was Sinaai???.

Plotseling overviel hem een gevoel van heimwee, dat hij echter resoluut van zich afschudde. Op het pleintje waren er een paar kinderen aan het spelen. Wild zwaaiend met een touwtje aan een stokje probeerden ze een tol draaiende te houden. Twee meisjes waren aan het knikkeren. Voor een kleine smederij stond een paard in de travalje*. Dries zag hoe de smid in zijn werkplaats een gloeiend ijzer in een bak water dompelde. Een knechtje keek toe. Tegenover de smederij stonden - aan de uithangborden te zien - twee kruidenierswinkeltjes. Net om de bocht, langs de dijk naar rechts, zag Dries ook nog een bakkerij.?? Aan beide kanten van de weg stond een caf??. Bij het ene, rechts van de weg, hingen enkele mannen over een stang, die aan weerszijden verbonden was met een stenen paal. Die stang diende om er paarden aan vast te binden. Dat systeem was Dries wel bekend. In Sinaai wemelde het van die stangen.

???Goeiemiddag, mannen,??? riep Dries. ???Heu, vreemdeling, waar gaat de weg heen???? ???Dat weet ik niet - eerst maar eens wat drinken, ik heb dorst.??? ???Nou, dan zit je hier goed, je bent Vlaming zo te horen,??? lachte een van de mannen. ???Dan kan je het best de herberg achter ons nemen, maar de andere is ook goed, hoor.??? Het was het caf?? rechts. In de donkere gelagkamer was niemand.

???Ik ben er, hoor!??? Het was de lachende man van zojuist. ???Ik maak een lichtje, wat mag het zijn???? ???Nou, een glas koude melk, en ook zou ik graag wat te eten hebben. Wat schaft de pot???? ???We hebben van alles in huis, man, een lekker kippensoepje, stamppot met pee??n en juun, als het warm moet zijn, en roggebrood met spek, ham of eitjes.??? ???Ik wil graag warm eten.??? ???Prima, man, hier heb je de melk. Pak maar, hier staat nog meer. Ik zet mijn vrouw aan het werk.???

Na een half uurtje bracht de vrouw van de waard - Koos heette hij - hem een dampende kop soep, gevolgd door een ketel stamppot. ???Eten er nog meer mee, Koos???? ???Nee, dat is allemaal voor jou. Als je het niet op kan, dan laat je het maar staan. Achter heb ik drie koters, die eten de rest wel op.??? Het was inderdaad veel te veel. Poeh, Dries, wreef over zijn buik. Dat had gesmaakt.

Achter hem kraakte de deur. ???He, Koos,??? riep er iemand, ???kun je me even helpen, ik kom niet over het stoepje. Heb je daar een stok voor mij???? ???Maar Piet, wat is dat nou??? Een stok, waar heb je die voor nodig???? Met een diepe zucht plofte de aangesprokene op de stoel naast Dries. ???Ik ben gevallen. Ik wou de blinden sluiten, en ben toen over het stoepje gestruikeld. Ik kan haast niet meer lopen, man. Ik verrek van de pijn in mijn heup, en ik moet de beesten nog voeren. Maar dat gaat zo echt niet lukken. Ik wou het de buren niet vragen; je weet hoe ze zijn. Mijn vrouw en dochter zijn ziek en Toon heeft zich nog niet laten zien. Wil jij me even komen helpen????

???Natuurlijk Piet, ik ga gelijk met je mee.??? Moeizaam rees Piet op van zijn stoel, waarna Koos hem voorzichtig bij de schouder pakte. ???Oei,??? kreunde Piet, ???nee, dat gaat niet goed.??? Koos stond er enigszins hulpeloos bij te kijken. Hoe kreeg hij die boer weer thuis???

???Zal ik meegaan????, vroeg Dries, die aan de tongval had gehoord dat Piet een Vlaming was, waarschijnlijk afkomstig uit de buurt van Antwerpen. De boer - Dries schatte hem op ongeveer veertig jaar - keek hem aan. ???He, een Vlaming! Waar kom jij opeens vandaan? Geweldig man, als je dat wilt doen???.??? Voorzichtig hesen Dries en Koos de boer overeind en toen over de drempel. Het was niet ver naar zijn boerderij - een paar honderd meter -, maar regelmatig moest Piet even stilstaan. ???Ik lijk wel een ouwe man???.??? Het was donker toen ze bij de boerderij aankwamen. Er brandde geen licht. ???De vrouwen liggen op bed, die vragen zich natuurlijk af waar ik blijf.???

Achter de deur hoorden ze gestommel. Een jonge vrouw in nachtkleding ??? in het donker was ze niet goed te zien -verscheen in de deuropening: ???Pa, waar was je toch? Je had al lang thuis moeten zijn.???

???Ik ben er weer, Truij, ga maar naar je moeder. Ik ben gevallen, maar verder is er niks aan de hand. Koos en deze man helpen me wel verder.???

Koos maakte licht in de huiskamer en Truij sneed boterhammen voor haar vader, die zuchtend en steunend in zijn stoel was gezakt. ???Koos, neem dit lantarentje mee, je ziet in de stal geen hand voor ogen.??? Dries had het vee al horen snuiven, met af en toe een bonk tegen houtwerk. Dat laatste moest een paard zijn. In de schuur, waar Koos kennelijk al vaker was geweest, trokken ze uit een met planken afgeschermde ruimte hooi voor de twee koeien en het paard. Uit een bak schepten ze pee??n.

???Ik geef het varken meestal warme sloeber, nu moet het maar koud. Er staat nog een halve emmer van vanmorgen bij het hok. De kippen hoeven niks, die hebben vanmorgen genoeg gehad???. Het varkenshok stond buiten de stal. Even later voegden de mannen zich weer bij Piet en Truij in de kamer.

???Waar slaap jij vannacht, beste man????, vroeg Piet. Dat was een goeie vraag - Dries had Koos willen vragen of die een plekje had, maar was het door de consternatie glad vergeten. Koos was hem voor: ???Die kan vanavond niet meer verder, Piet, en ik heb niet veel ruimte. Kan hij bij jou in de schuur slapen? Hij weet het hooi al te liggen.??? Piet keek Dries nog eens goed aan. Tja, het was een Vlaming, maar toch een vreemde. Daar moest je mee uitkijken. Desondanks maakte de jongeman een betrouwbare indruk, en zo spontaan als hij zojuist zijn hulp had aangeboden!?? ???Je bent welkom, Dries, misschien kun je me morgenochtend nog eens helpen.??? Koos en Truij hielpen de boer in bed, en Dries zocht de schuur op. Het meisje had hem de lantaren in de handen geduwd. ???Goed uitdoen straks, he.??? Ze leek intussen een beetje bijgekomen van de schrik. Haar moeder had hij niet gezien.

De volgende morgen werd Dries vroeg wakker door een harde bonk. Het leek wel of er een paard tegen houtwerk aantrapte. Even wist hij niet waar hij was. O ja, bij Piet, de boer met de pijnlijke heup, voor wie hij de beesten moest voeren. Hij was die avond met zijn kleren aan in slaap gevallen. Hij schudde wat hooisprietjes van zich af en liep naar buiten, op zoek naar een tras. Die was snel gevonden. Hij waste zich en vulde de emmer die onder het deksel aan een kromme spijker hing. Het vee zou vast wel dorst hebben. Vlug door de stal lopend voerde hij de beesten ook hooi en pee??n. Buiten gaf hij water aan het varken, dat ook nog warme sloeber moest hebben. Uit een juten zak in de stal haalde hij een emmer aardappels waarmee hij naar buiten liep. Het stookhuisje, een stenen hokje, stond vlakbij het huis. Het deurtje stond open en binnen zag hij een flinke stapel hout liggen, maar geen lucifers. Die moest hij dan maar uit de keuken halen. Zou de deur al open zijn? Hij trok aan de klink, en ja hoor. In de keuken trof hij tot zijn verrassing Truij al aan. ???Goeiemorgen, hoe is het????

Het meisje zag bleek. ???O, dat gaat wel, ik heb goed geslapen. Hier heb je de lucifers.??? Vanuit het keukenraam had ze Dries blijkbaar bezig gezien???..???Ik wil voor het varken aardappels koken.??? Toen hij terugkwam, stond het brood op tafel. Zij schonk koffie voor hem in en ging aan de andere kant van de tafel zitten. ???Hoe is het met je vader en moeder????

???Moeder blijft vandaag nog in bed, maar pa zal er zo wel uitkomen, al heeft hij nog wel pijn. Ik hoorde hem vannacht een paar keer kreunen. Daar komt hij al aan.???

Piet liep inderdaad nog erg moeizaam, maar hij zei: ???Veel pijn heb ik niet meer. Ik heb op de slaapkamer een fles cognac staan, waarvan ik gisteravond een flinke slok heb genomen. En dat heeft goed geholpen. ???Wat, heb je het vee al gevoerd? Ik heb het paard vanochtend maar ????n keer gehoord. Zo, jij bent een vlugge...??? ???

Ik moet nog wel voor de kippen zorgen,??? zei Dries. Maar Truij schudde haar hoofd.?? ???Nee, dat doe ik altijd.??? ???Wat zijn je plannen voor vandaag???? vroeg Piet. ???Ik ga de omgeving wat verkennen. Ik wil naar Sesiej, de Langstraat en de acht huisjes.???

???Nou, in Sesiej ben je al. Als je straks de Bommelsedijk afloopt en dan, niet terug naar de Hoek, maar de andere kant opgaat, kom je in Achthuizen. Op het eind, bij de Galathesedijk, sla je rechtsaf en kom je vanzelf in de Langstraat.??? Piet was een vlotte prater. ???Zou je me een plezier willen doen en in de Langstraat bij Toon van der Maden langsgaan? Hij is al zeven jaar mijn vaste arbeider, maar ik heb hem in geen maanden gezien. Anders kwam hij in de winter regelmatig langs, maar sinds hij in de Langstraat woont niet meer. Zijn moeder is in het najaar gestorven. Hij woonde met haar aan de Tilsedijk achter de stee van Den Braber. Deze winter is hij getrouwd met Jans, een meisje uit de Langstraat. Het huisje aan de Tilsedijk staat al een tijdje leeg. Ik dacht dat hij daar met zijn vrouw in zou trekken, maar misschien doet hij dat nog. Het is nu een week voor april en het land moet gereed gemaakt worden, ge??gd en ingezaaid. Bovendien zal in de eerstejaars meekrap een schrepeltje hard nodig zijn. Zeg hem maar dat de Vlaming hem hard nodig heeft, zo noemen ze me hier. Hij hoeft niet te wachten tot april, hij kan gelijk komen.???

Gisteravond was het al donker toen hij aankwam, maar nu kon hij de omgeving goed bekijken. Achter hem lag de polder die hij gisteren al gezien had. In de verte was de kerktoren van Oude Tonge te onderscheiden. Voor hem lag in een andere polder een brede kreek, die vanaf de dijk landinwaarts liep. Vooraan was er een gorsachtig en schraal weidegebied, met verderop op het oog vruchtbare akkers. Verspreid over het land zag hij een paar grote boerderijen en aan de horizon was een dorpje zichtbaar. Ook daar stak een kerktoren boven de behuizing uit - zou dat Den Bommel zijn, of de Plaat?

Na het verlaten van de aaneengesloten, lintvormige bebouwing - daarna lagen?? de huisjes, allemaal aan de rechterkant, meer uit elkaar - zag Dries links een door riet en gras omgeven kolk. Het was een mooie plek, een sieraad in dit vlakke landschap. Dries wist wel zo veel van dit ooit op de zee bevochten land, dat hij begreep dat dit watertje een restant van een dijkdoorbraak was, van wie weet hoe lang geleden. Tegenover de kolk, boven op de dijk, stond een huis. Een man van ongeveer zijn leeftijd was daar een kuil in de weg aan het dichtgooien met steengruis. Hij keek Dries nieuwsgierig aan. ???Jij bent niet van hier, man.??? Dries vertelde hem dat hij gistermiddag in het dorpje was aangekomen.

???O, ik hoor het al, zeker familie van de Vlaming???.???? Dries lachte. ???Nee, dat niet, maar ik heb toevallig wel vannacht bij hem in de schuur geslapen. Wat ben je aan het doen???? ???Nou, die kuil zit me dwars. Elke keer als hier een koetsje voorbij komt en die kuil vol water staat, krijg ik de volle mep op mijn ruiten. In de winter heb ik er niet zo???n last van, dan komt hier weinig langs, heel af en toe de chirurgijn.???

???Koetsjes,??? vroeg Dries ???uit Achthuizen???? ???Nee, man, die lui daar hebben geen koetsjes, die hebben niks, nog geen kruiwagen. Nee, dit is de hoofdweg tussen de Plaet en Den Bommel. Er zijn binnendoor ook wel paden, maar daar kun je niet met een koets overheen. Straks, als het mooier weer wordt, rijden hier regelmatig lui van het gemeentehuis langs naar Den Bommel - de burgemeester, de secretaris - en, zoals ik al zei, ook de chirurgijn. Die laatste hebben we hier in het dorp ook vaak nodig. In de Plaet zijn er ook nog een paar boeren - Miesse en Kebuus - die zo???n rijtuigje hebben. Die gaan dan bij elkaar op familiebezoek. Overal in de buurt hebben ze grote stee??n.???

???Je woont hier mooi, man,??? zo onderbrak Dries de woordenstroom, ???en wat een fraai uitzicht heb je op dat kolkje.???

???O, je bedoelt het Vlakkie. Deze winter heb ik er nog geschaatst en zomers gooi ik er wel eens een hengeltje uit. Hoe is je naam eigenlijk, ik ben Thijs Vervloet en woon als sinds mijn trouwen hier op het Haogerhuus.???

???Ik heet Andreas Coone, ze noemen me Dries.

???Ok??, Dries Koene, ik zal het onthouden, we komen elkaar vast vaker tegen.???

???Nou, dat zit nog, ik heb nog niet besloten of ik hier wil blijven. Maar hoe noemde je daarnet je huis: Hogerhuis? Hoe dat zo????

???Nou, als je goed kijkt, zie je dat het wat hoger staat dan de andere huizen aan de dijk. Kijk, aan de onderkant van de woning zie je een extra laag grond, waarop het gebouwd is.???

Dries zag eerst niks bijzonders, maar toen hij een paar passen terug het huis vanuit een andere hoek opnam, zag hij dat de man gelijk had. ???Hoe dat zo gekomen is, weet ik niet,??? zei Thijs.

???Ik heb wel een idee, Thijs??? zei Dries, ???hier zal ooit de dijk zijn doorgebroken, waardoor dat kolkje is ontstaan. Het gat in de dijk, precies op de plek waar je huis nu staat, hebben ze heel gedegen dichtgegooid, zodat het wat hoger werd dan voorheen. De mensen wilden natuurlijk voorkomen dat de dijk opnieuw door zou breken, en die kans was best groot. Als er eenmaal een zwakke plek in een dijk zit, blijft die meestal kwetsbaar.??? Thijs keek hem bewonderend aan. ???Je kan gelijk hebben, man. Daar heb ik nooit aan gedacht, maar eigenlijk is het wel logisch. Maar wat ik vragen wou, waar moet je naar toe???? Dries vertelde hoe hij gisteren uit Oude Tonge was gekomen en nu de omgeving aan het verkennen was.

???Voor Pieter Verhaert moet ik in de Langstraat even langsgaan bij Toon van der Maden - vragen waar hij blijft. Pieter is gevallen. Hij zit nu met een zeer been en kan niet veel. Hij wil Toon daarom vragen wat eerder dan anders te komen.???

Thijs keek bedenkelijk. ???Nou, dat kan wel eens moeilijk worden. Toon is pas getrouwd. Ik hoorde dat zijn vrouwtje niet veel zin heeft om te verhuizen. Kijk, daar ligt de Langstraat,?? schuin rechts in de verte. Achthuizen ligt schuin links, maar stelt niet veel voor: het is dat blokje huizen, vlak voor die grote boerderij. Die is van Job Miesse. Laatst was hij nog hier om me een emmer water voor zijn hit te vragen. Meestal stoppen die boeren op de Hoek en nemen dan zelf ook wat in, maar soms hebben ze goede redenen om daar niet te komen. De jongste zoon van David Miesse, een broer van Job, heeft een paar jaar geleden in het caf?? van Koos een flink pak op zijn donder gehad. Die vent had Maatje Brendels zwanger gemaakt toen ze op het land van Miesse aan het werk was, maar hij weigerde zijn verantwoordelijkheid te nemen. Later is hij met een meisje uit de Plaat getrouwd en zit nu op die boerderij?? recht voor je, in de Bommelse polder. Maatje woont met haar zoontje nog steeds bij haar moeder aan de Tilsedijk, hier achter ons. Het ventje lijkt als twee druppels water op zijn vader, met precies zo???n rode kop haar. Een jaar of acht zal hij nu zijn. Hij is heel slim, heb ik horen zeggen. Hij schijnt zichzelf lezen en schrijven te hebben geleerd - met wat hulp, denk ik, van zijn opoe. Dat moet ook een pienter wijfje te zijn. Maatje zelf is een simpel zieltje.???

Net als eerder Koos en Pieter, hield Thijs blijkbaar wel van een praatje. ???Onze familie komt oorspronkelijk uit Brabant,??? vervolgde hij onverstoorbaar zijn relaas. ???Uit Standdaarbuiten of Oud Gastel, dat weet ik niet precies meer. De eerste Vervloet op het eiland, mijn opa, trouwde met een gereformeerd meisje uit Meneerse.?? De meeste kinderen zijn rooms gedoopt, maar een paar van hen gereformeerd. Ik ben katholiek. Ik probeer elke zondag naar de kerk te gaan, maar bij slecht weer is het niet te doen. Momenteel gaat het echter wel. Je zal het gisteren zelf wel gezien hebben, als je over de Oude Tongsedijk bent gekomen. In Oude Tonge noemen ze dat de Sesiejsedijk.?? Eigenlijk is het allebei fout, want tot aan de bocht halverwege de Oude Tongsedijk heet hij officieel nog Tilsedijk. Die Job Miesse over wie ik het zojuist had, heeft me dat eens uitgelegd. Hij vertelde toen ook dat deze dijk de Bommelsedijk heet. Ik woon hier al acht jaar, maar zo heb ik die dijk nooit door iemand uit het dorp horen noemen. Hoezo, vroeg ik hem nog, deze dijk loopt toch niet naar Den Bommel? Dat is toch de Tilsedijk, en bij de afslag de Molendijk? Maar Job zei toen: Voor Platenaars is dit de dijk waarover ze naar Den Bommel gaan, en die hebben het hier voor het zeggen, begrijp je????

Dries knikte maar, al begreep hij er niet veel van. Voor hij echter een woord kon uitbrengen, ging Thijs weer verder. ???Te voet kan je van de Plaat naar Den Bommel een stuk afsnijden. Vanaf de Galatheschedijk loopt er tussen de acht huisjes en die boerderij van Miesse een recht pad naar de Tilsedijk. Die smeerlap waarover ik het zojuist had, heeft het tot aan zijn boerderij laten verharden,?? zodat hij er met zijn koetsje overheen kan.???

???Mooie verhalen, Thijs, maar ik kan hier niet langer blijven staan, ik moet verder.??? Thijs lachte. ???Natuurlijk, joh, als je hier in de buurt werk vindt, kom je hier vast nog eens langs. Dan doen we ook een bakkie koffie bij moeder de vrouw. Daar is het nu niet van gekomen.???

De dijk verder aflopend, een paar honderd meter voor de kruising met de Galathese dijk, bereikte hij de eerste huizen van Achthuizen, allemaal aan de rechterkant van de weg met de kont naar de Blok. Die polder moest jonger zijn dan de Bommelse polder en die weer jonger dan de Galathese polder want verderop aan de linkerkant - nog voor een blokje met duidelijk oudere huisjes - stonden de woningen met de achterkant naar de Bommelse polder. De huisjes waar hij langs liep zagen er niet oud uit. Ook de huisjes links aan de Galathese dijk waren nog vrij nieuw. Hier en daar werd er zelfs gebouwd. Dat betekende dat het dorpje aan het groeien was. Op de Hoek, waar de Bommelse dijk eindigde en de Galathese dijk begon, stond een caf??. Hij besloot er wat te gaan drinken. Aan de toog stonden er enkele mannen en aan een tafel zaten er vier te kaarten. ???Goeie morgen,??? groette hij terwijl hij op een vrij krukje plaats nam. Enkele mannen groetten terug en iedereen staarde hem nieuwsgierig aan. De waard zette hem ongevraagd een grote kroes bier voor. ???Je bent er vroeg bij, makker,??? zei hij, ???het meeste volk komt pas volgende week.??? Waarschijnlijk hield de man hem voor een seizoenarbeider. ???Ik heb je nooit eerder gezien, waar kom je vandaan? Je bent geen Brabander, dat hoor ik wel.??? Dries vertelde wie hij was, en dat hij gisteren vanuit Oude Tonge in Sesiej was aangekomen. ???En nu zoek je zeker werk???? vroeg de waard. Een andere man had zijn krukje dichter naar dat van Dries toegeschoven en zei: ???Dat je zo vroeg bent, is voor jou een voordeel. Job Miesse is al mensen aan het aannemen voor op het land en ook voor de stoof, drogers en stampers. Heb je ervaring met dat werk???? Dries vertelde dat er in Sinaai ook wel een stoof stond, maar dat hij daar alleen kwam om de geoogste meekrap naar toe te brengen. ???Mijn broer en ik verbouwden dat spul ook,??? vertelde Dries. ???Waar staat die stoof????

???Op de Stoof!???, riep een van de kaarters jolig terwijl hij zijn glas hief, waarop de andere mannen aan het tafeltje moesten lachen. Ook de mannen aan de toog hadden lol. ???Dat is Jan Huibrechtse, onze lolbroek, hij werkt op de stoof,??? zei de man naast hem. ???Die stoof ligt een flink eind verderop. Als je straks linksaf de dijk afloopt, kom je na een half kilometertje bij een bocht. Onder aan de dijk links staat een blokje oude huisjes, de eerste van ons dorp . Het zijn er acht, vandaar dat het hier nu zo heet. Een eindje verder in een bocht aan de zelfde kant ligt de boerderij van Job Miesse en aan de andere kant de stee van Van Kempen. Daar vlakbij ligt de stoof. Achter de stoof staat de boerderij van Ras. Die ligt zowat tegen de Oudelandse dijk aan.???

???Staat die stoof hier al lang???? vroeg Dries. ???Ik denk het wel, zeker al zestig jaar, ik kan me in ieder geval niet herinneren, dat ie gebouwd is. De knecht van Job vertelde me eens dat de stoof van een aantal boeren hier is. Van degene die ik zojuist noemde, Kebuus uit de Bommelse polder, Van Nieuwenhuizen uit de buurt van Sluijs en Korteweg van de Oudelandse dijk - die laatste heeft een dijkboerderijtje net voorbij de Brak. En die andere Miesses uit Sesiej en die rooie uit de Bommelse polder zullen ook wel een vinger in de pap hebben. Het is ????n grote kliek. Op Kebuus na komen al die boeren uit Zevenbergen en de Klundert, allemaal gereformeerde lui. Je ziet ze weinig in de caf??s, maar voor dit gebied hebben ze zo hun verdienste. Voor zover ik weet heeft Jobs opa ??? ook een Job - het voortouw genomen tot de bouw. Hij wilde de stoof niet dichtbij de boerderij hebben, dat ding kan ???s nachts flink bonken. Maar Van Kempen en Ras hadden geen bezwaar. In diezelfde tijd moeten ook die acht huisjes zijn gebouwd. In de stoof werd ook ???s winters gewerkt, maar omdat vrijwel al het volk dat hier tijdens de oogst kwam werken - meest Brabanders - direct daarna naar hun gezinnen terugkeerde, zaten de boeren dan te springen om arbeiders. Om dat werkvolk hier vast te houden heeft die ouwe Miesse toen dat huizenblokje voor hen laten bouwen. Nadien hebben er altijd mensen gewoond, en nu nog. In de loop van de tijd werden er m????r van die huisjes gebouwd en bleven er steeds meer arbeiders wonen. Nou ja, hier heb je al een paar van hun zonen gezien.???

Blij met alle informatie nam Dries zijn laatste slok bier en zette zijn kroes op de toog. ???Vanmiddag ga ik eens bij die huisjes en de stoof kijken, nu moet ik naar de Langstraat.??? Hij zwaaide naar de mannen en eenmaal buiten sloeg hij rechtsaf de Galathese dijk op. Aardige lui, die Brabantse nazaten in dat caf?????.??

De Langstraat was niet ver, een klein half uurtje lopen. Er waren weinig mensen op de dijk, alleen een paar kinderen, die hem iets nariepen wat hij niet kon verstaan. Hij besloot door te lopen naar het eerste het beste cafeetje, waar hij iemand wilde aanklampen om te vragen naar het adres van Toon. Anders dan in Sesiej liep hier evenwijdig aan de dijk een pad onderlangs, over de hele lengte van het dorp. Op de dijk stonden de huizen met de kont naar de Blok; aan het lager gelegen pad stonden ze gelijk of iets hoger dan de polderbodem. In Achthuizen had hij vlak voor de hoek links onder aan de dijk ook zo???n pad gezien, maar dan zonder bebouwing. De huizen hier beneden moesten later zijn gebouwd. De aangrenzende Galathese polder vlak onder de dijk leek veel op de Bommelse polder in Sesiej. Daar en ook hier moesten er vroeger gorzen zijn geweest. De grond was niet geschikt voor landbouw, maar er groeide wel gras. Een kreek zoals hij in Sesiej had gezien, was hier niet. Wel waren er, net als in Sesiej, achter de brede grasstrook donkere en vruchtbare kleigronden te zien tot aan de horizon. Wat moest hier vroeger een werk zijn verricht! Het cafeetje was open, maar binnen was er niemand te zien. Wel had hij een belletje horen rinkelen. Daar kwam er al iemand aan - een vrouw. ???Heu, vreemdeling, wat mag het zijn? Wat eten en drinken???? ???Ja, vrouw, als het niet te veel moeite is.??? Hij bestelde een kom warme melk en vier boterhammen met spek. Na tien minuten dook de vrouw weer op uit haar keukentje. ???Hier, man, eet smakelijk! Tussen de middag komt er hier bijna niemand, maar tegen de avond loopt het vol. We zijn altijd open, behalve op de Dag des Heeren. Dan gaan we naar de Plaat naar de kerk. We hebben daar twee diensten, ????n ???s morgens en eentje ???s middags. Tussendoor gaan we bij familie op bezoek. Aan je manier van praten te horen, kom je uit de buurt van Antwerpen. Dan zal je zeker wel rooms zijn.??? ???Je hebt het aardig geraden, vrouw,??? zei hij tussen twee happen door. ???Ik kom van Sinaai en mijn naam is Dries. Ik ben hier om met Toon van der Maden te praten.??? ???O, daar zijn er twee van, Poet en Kweer. Ze zijn familie van elkaar, hoe weet ik niet precies. Beiden zijn rooms. Poet woont hier al jaren, maar is van Achthuizen. En Kweer is pas getrouwd met Jans van Kouteren, een buurmeisje van ons. Haar ouders wonen hier nog geen honderd meter vandaan aan de Onderberm.??? ???Die moet ik hebben, vrouw! Bedankt, waar kan ik Kweer vinden???? ???Op de Vluchtheuvel. Na het trouwen zijn ze eerst bij haar ouders ingetrokken, maar daar werd het wel erg krap. Behalve Jans, de oudste, hebben ze nog een stuk of twaalf kinderen. En omdat er ook een baby op komst is, zijn Kweer en Jans gaan uitzien naar een eigen huisje. Kweer had al een huisje, in Achthuizen dacht ik, en misschien heeft hij dat nog steeds, maar daar wil Jans absoluut niet heen. Die kan gewoon niet zonder haar moeder, een heel lief mensje. Ze is rooms, maar zoals zij haar krootje opvoedt, daar heeft iedereen hier bewondering voor. Haar man is ietwat stil. Hij komt hier af en toe wel eens aan.??? Dries vermoedde dat hij nog veel meer over het dorp en zijn bewoners te horen zou krijgen, als hij hier nog langer bleef. ???Waar is de Vluchtheuvel???? vroeg hij en at snel het laatste stukje van zijn boterham op. Hij wilde vandaag ook de stoof nog bekijken???. ???De Vluchtheuvel is een eindje verderop, aan het begin van de Sluisweg. Je gaat het oprel af en het weggetje in. Het eerste stukje is verhard door Van Nieuwenhuizen, de grootste boer?? in de omgeving. Al het land naast het dorp is van hem. Zijn boerderij staat behoorlijk ver weg, helemaal aan het eind van de Sluisweg, nog voorbij Sluijs.?? Als je doorloopt, kom je vanzelf op de Vluchtheuvel. Het is een blokje van drie of vier huisjes, ik weet het niet precies. Mijn man weet het wel, maar die is niet thuis. Hij komt er altijd langs als hij naar Sluijs gaat. Daar helpt hij de Moerenhouten wel eens, als die na de schouw sloten en kreken schoon moeten maken. Dat moet altijd snel gebeuren.??? ???Bedankt, vrouw, ik vind het wel!??? Dries?? rekende af en voor de vrouw nog iets kon zeggen, snelde hij naar buiten. Poe???, in Sinaai zeiden ze altijd over die Ollanders dat het zo???n stug volkje was.

Bij het oprel waren kinderen aan het spelen. Ze hadden van sintels een glijbaantje gemaakt en roetsjten om de beurt van de dijk af naar beneden. Ze gierden het uit van de pret en zagen er uit als Morianen??? Daar zullen hun moeders niet blij mee zijn, dacht Dries. Hij was nog maar net de Sluisweg opgelopen, of hij hoorde hamergetik. Het kwam van het blokje huizen iets verderop - dat moest vast en zeker de Vluchtheuvel zijn. De drie huisjes waren zo te zien heel erg oud. Tussen de weg en de huisjes lag een sloot, waarover een wankel bruggetje hing. Ooit moest er daarvoor een hekje hebben gestaan; aan de twee roestige paaltjes aan weerszijden zaten scharniertjes. Dries besloot af te gaan op het driftige getik van de hamer. Het kwam vanachter het derde huisje. Over een smal paadje langs een klein moestuintje liep hij achterom. ???Hallo,??? riep hij naar de man die zo nijver aan het timmeren was, maar nu vragend opkeek. ???Hoi, moet je mij hebben? Ik ken je niet.??? ???Als je Toon van der Maden bent, heb ik een boodschap voor je. Anders niet.??? ???Nou,??? lachte de man, ???dat ben ik inderdaad. Van wie breng je een boodschap???? ???Van Piet Verhaert, hij ???..???, begon Dries, maar zweeg toen Toons gezicht betrok. ???O, ik begrijp het al,??? zei hij. ???Wat vervelend! Ik zit er behoorlijk mee in mijn maag. Piet vraagt zich natuurlijk af waar ik blijf. Ik had allang eens bij hem aan moeten lopen, maar dacht alsmaar nog tijd genoeg daarvoor te hebben. Ook heb ik lang gehoopt mijn vrouw over te kunnen halen met me mee te gaan naar Sesiej. Maar die ziet dat nog altijd niet zitten. Haar moeder is bezig een huisje aan de Onderberm voor ons te krijgen, want dit hier is niks. Daarover is mijn vrouw het wel met me eens. De afgelopen winter gierde de oostenwind door het huisje. Het kaarsje op tafel ging om de haverklap uit en koud dat het was, niet tegen op te stoken! Om zeven uur ???s avonds lagen we al in de bedstee. Dat heb ik in Sesiej nooit meegemaakt. Daar had ik achter het huis aan de oostkant een schuurtje, een krakkemikkig bouwseltje, maar het gaf wel beschutting. Maar je wou nog wat zeggen, geloof ik???..??? Ze schoten beiden in de lach, waarop Toon nieuwsgierig vroeg: ???Wat heb je met Verhaert van doen? Ben je soms familie???? Dries legde snel uit wat er sinds gisteravond was gebeurd. ???Man,??? riep Toon opgelucht, ???dan hebben we?? de oplossing bij de hand. Jij neemt gewoon mijn werk over, je bent al ingewerkt!??? Waarna hij zich naar de jonge vrouw wendde die met een wasmand naar buiten was gekomen. ???Jans, hier heb je de nieuwe knecht van Verhaert! Het is geregeld, wij blijven hier.??? ???Mooi,??? lachte ze, ???willen jullie koffie? Kom dan binnen, het is hier behoorlijk fris.??? Haar vergevorderde zwangerschap was goed zichtbaar. ???Dan hang ik wel de was voor je op, Jans, ga jij maar koffie zetten.??? Toon?? was dit werkje duidelijk gewend. Toen de was hing te wapperen, zei hij: ???Ik sla nog even die plank wat vaster, dan kan het varken er in ieder geval niet uit. Ik ga er straks wel mee verder.??? Even later zaten ze in het kleine, eenvoudig ingerichte huiskamertje. Tussen de twee bedsteetjes was de deur naar de kelder. Een klein potkacheltje zorgde voor wat warmte. Ernaast stond een grote bak met hout. ???Nu gaat het wel, man, maar een maand geleden nog moesten we hier een dikke jas aan.??? Na nog wat gekeuvel stapte Dries op. ???We zien je zeker nog wel eens, he???? zei Toon die een stukje met hem meeliep. ???En je weet wat je Verhaert moet zeggen.??? De man leek duidelijk opgelucht, maar toen ze bij het bruggetje afscheid namen, zei hij: ???Jammer wel dat het zo gelopen is. Piet is een prima vent en ik kon altijd goed met hem opschieten. Maar ja, het vrouwtje gaat nu voor.??? Met zijn vingers wreef hij zijn ogen droog. ???En doe ook Willem Zuijdijk de groeten.??? Even later was Dries weer bij het oprel. De kinderen waren weg. Hij besloot niet over de dijk terug te lopen, maar over het pad onderlangs: de Onderberm, zoals de vrouw in het caf?? had gezegd.

Lopend op het pad was van het koude windje niet veel te merken. De ernaast gelegen dijk zorgde, net als de daaraan tegenaan leunende huizen en schuren, voor beschutting. Voor de huisjes speelden overal kinderen. Meisjes waren aan het touwtjespringen of hinkelen, jongens speelden tikkertje. Verderop, op een vlakker stukje, waren kinderen aan het hoepelen. Plotseling werd Dries aan zijn jasje getrokken. Een klein jongetje met een petje op, niet ouder dan een jaar of vier, keek vragend naar hem op. ???Moet je bij Kaggelant zijn? Die woont daar.??? Hij wees op een klein huisje waar een vrouw de ramen aan het zemen was. ???Nee hoor, ik moet naar de stoof,??? zei Dries. ???Dat vraagt hij aan iedereen die hier langskomt,??? lachte de vrouw. ???Wat een leuk ventje, jij bent vast zijn moeder,??? zei Dries en de vrouw knikte trots. Dries zwaaide en liep verder. Langs het aan de dijk liggende pad was er veel bedrijvigheid. Hij was al een smederij en een timmerwerkplaats tegengekomen, met veel jonge knechtjes die af en aan liepen. Toen trok een wagenmakerij met op het erf twee grote boerenkarren - gloednieuw, kennelijk klaar voor aflevering - zijn aandacht. Een pezig mannetje - Dries schatte hem op een jaar of zestig ??? bevestigde een wiel aan de as van een koetsje, terwijl twee oude vrouwen in de deuropening van de werkplaats stonden toe te kijken. Toen Dries hem aansprak keek de wagenmaker op. ???Je hebt het maar druk, baas!??? ???Zeker, jongeman, dit koetsje moet vanmiddag nog klaar. Straks komt Van Nieuwenhuizen met zijn mannen om het samen met die karren op te halen.??? ???Zit het werk er dan op???? ???Even zal het wel wat rustiger zijn,??? antwoordde de wagenmaker, ???maar als straks het werk op het land begint, gaat er weer veel kapot. Hier in de polders hebben we zware klei, en daar hebben die karren veel onder te lijden. Ik heb dan ook altijd werk.??? Het viel Dries op dat de man een andere tongval had dan de mensen hier. ???Woon je nog niet zo lang hier???? De wagenmaker moest lachen. ???Al vijfendertig jaar. Toen ben ik hier met mijn broer en twee zusters gekomen. Thuis in Zierikzee hadden we ook een wagenmakerij, maar na mijn vaders overlijden nam mijn oudste broer die over. Mijn andere broer en ik hadden wel kunnen blijven, maar we wilden liever eigen baas zijn. We begonnen in de Plaat bij Van Drongelen, die had een vrij grote wagenmakerij. Toen hij ermee stopte - zo???n dertig jaar geleden - nam mijn broer, die inmiddels getrouwd was, dat bedrijf over. Toen ben ik hier in de Langstraat begonnen. Mijn zuster Anna werkte in de Plaat als dienstbode bij de dominee, maar toen ik daar vertrok, besloot ze mee te gaan. En mijn andere zus, Mien, is ook altijd dienstbode geweest, tot ze vorig jaar haar betrekking bij Van Kempen in Achthuizen opzei. Samen zorgen ze nu voor hun broertje - en goed hoor, ik kom niets te kort.??? De wagenmaker lachte breed, waarbij nog maar ????n tandje was te zien. Dries stak zijn duim op naar de dames. ???Tot ziens, mensen.?????

Van Kempen - die naam had Dries eerder gehoord. Maar waar en wanneer? Aan het einde van de Onderberm liep weer een oprel naar de dijk. Dries stapte flink door. Hij wilde niet zo laat in Sesiej terug zijn; misschien kon hij Verhaert dan nog in de stal helpen. Maar eerst wilde hij naar de stoof.????

Onderweg liep Dries te peinzen over wat Toon had gezegd. ???Dan ga jij toch bij Piet werken.??? Tja - eigenlijk geen gek idee. Piet leek een aardige vent en Truij een lief meisje, vrouw Verhaert had hij nauwelijks gezien. Als Verhaert zo direct met een voorstel komt, moest hij zijn plan om op de stoof te gaan werken maar laten varen. Al wil hij er wel even een kijkje nemen. Het zal er nu wel rustig zijn; in het najaar, als de meekrap gerooid is, begint pas het echte werk. Hier of in Achthuizen wonen trekt hem niet zo aan. Sesiej lijkt hem leuker. Op de Hoek daar heeft hij twee kruidenierswinkeltjes gezien en vlakbij - aan de Bommelsedijk - ook een bakkerij. In Achthuizen is een caf?? en aan de opslag te zien misschien ook nog een oliehandeltje. De mensen daar zullen hun boodschappen wel in Sesiej en in de Langstraat halen. Daar zag hij op de dijk ter hoogte van de wagenmakerij ook een paar winkeltjes.??

Eenmaal terug in Achthuizen zag hij achter de ramen van het caf?? op de Hoek beweging, maar op zijn zwaai werd niet gereageerd. Na een paar honderd meter kwam hij bij een bocht. Rechts ging er een oprel naar beneden de polder in, en links voerde een veel steiler oprel naar een weggetje in de andere polder. Daartegenaan lag het blokje huizen waarover hij eerder had gehoord - inderdaad acht woninkjes. Via een smalle dam kon je er vanaf het weggetje komen. Om het blokje heen lagen flinke door heggen afgeschermde tuinen. In ????n ervan was een man aan het spitten, daar moest hij maar eens heen.??

???Goeiemiddag, meneer, druk bezig???? De man - een veertiger dacht Dries - bekeek hem nieuwsgierig. ???O, dat valt wel mee hoor, maar dit moet even gebeuren. Volgende week moeten de aardappels erin, en als het warmer wordt wil ik ook gaan zaaien.??? De man had een Duits accent. ???Woon je hier nog niet zo lang???? vroeg Dries. ???Toch al weer een jaar of vijftien hoor,??? antwoordde de man. ???In het begin kwam ik hier elk jaar voor seizoensarbeid, na afloop ging ik dan weer terug naar huis. Ik woonde toen in Paderborn, een behoorlijk eind hier vandaan. Toen ik getrouwd was heb ik ook mijn vrouw hiermee naartoe genomen. Ze kon als dienstbode aan de slag bij Miesse, bij wie ik op het land werkte. Toen het werk in de stoof begon, wilde hij me graag houden, maar daar voelde ik niet veel voor. Destijds woonden we in zijn schuur, en daarin wilden we de winter niet doorbrengen, zeker niet omdat mijn vrouw zwanger was. We keerden dus terug naar Paderborn, maar bij ons afscheid beloofde Miesse dat hij een huisje voor ons zou bouwen. Toen we het andere jaar terugkwamen was het al klaar. En hij had niet ????n huisje laten bouwen, maar acht zoals je ziet. Dat was echt een verrassing. Mijn broer en zijn vrouw, die met ons mee waren gekomen, kregen er ook een. Beiden hadden we intussen kinderen - ik ????n en hij twee. Ja, toen was het ineens een stuk aantrekkelijker om hier te blijven. Dat vonden andere arbeiders kennelijk ook, want binnen de kortste keren waren alle huisjes bezet. De andere bewoners zijn Brabanders uit de buurt van Roosendaal. En al is er natuurlijk wel eens wat, over het algemeen kunnen we goed met elkaar opschieten. We helpen elkaar als het nodig is. Toen dit blokje klaar was, zijn er verderop langs de dijken nog meer huisjes gebouwd. Niet alleen Miesse, maar ook andere boeren zagen daar het voordeel van in. Na het seizoen gaan nu veel meer mensen niet meer weg. Iedereen blijft hier. Al is de afstand naar De Plaat en Oude Tonge, waar de meeste voorzieningen zijn, best wel groot. Dat is natuurlijk vervelend. Om de geboorte van onze kinderen in De Plaat aan te geven, moeten we zowat een halve dag uittrekken, en voor het dopen van onze kinderen in Oude Tonge evenzo. De kerkgang op zondag schiet er, vooral bij slecht weer, wel eens bij in. En voor de pastoor geldt hetzelfde, die heb ik hier nooit gezien???..??? De man keek Dries nog eens goed aan. ???Je bent hier zeker vreemd h??, ik heb je nooit eerder gezien.?????

Waarop Dries vertelde dat hij gisteren was aangekomen om werk te zoeken en daarom op de stoof wilde gaan kijken. ???Voor werk kan je beter naar Miesse of Van Kempen gaan,??? zei de man. ???Op de stoof is het momenteel rustig. Vanmorgen zag ik daar nog maar een paar mensen, voor het onderhoud aan de gebouwen. Dat is na de winter altijd hard nodig.?????

???Ok??, dan ga ik maar.??? Dries zwaaide en liep de dijk weer op in de richting van de stoof. Het was niet ver meer, na tien minuten zag hij links in de polder de stoof al liggen. Daar kon je niet overheen kijken. Het was een flink gebouw met een paar kleine aanbouwtjes en een losstaande grote schuur. De stoof was niet veel anders dan die in Sinaai, misschien iets kleiner. Er was echter niemand, de deuren waren gesloten en het erf was leeg. Iets verderop, in de kromming van de weg, zag hij een paar huisjes en daarachter een grote boerderij. Dries besloot er om de stoof heen naartoe te lopen ??? misschien kon d????r iemand hem iets vertellen. Maar w????r zag hij niemand???.??

Teruggekeerd op de dijk bij de acht huisjes besloot Dries niet over de Hoek en de Bommelsedijk naar Sesiej te gaan, maar binnendoor over het lage weggetje door de polder.

Om vier uur was Dries weer terug bij Verhaert. Deze was in de boomgaard bezig met dooie takken onder de bomen weg te harken. Hij trok nog wat met zijn been, maar op de vraag van Dries hoe het ging, vertelde hij er weinig hinder meer van te hebben. ???Ik heb zojuist de koeien al gevoerd en Truij is de laatste aan het melken. Maar kom binnen, dan praten we daar verder.???

Ook vrouw Verhaert leek aardig opgeknapt. Ze had in ieder geval weer wat kleur op de wangen. Toen de mannen aan de keukentafel zaten, zette zij hen een bakkie koffie voor. ???Vertel,??? zei Verhaert, waarop Dries direct maar over zijn bezoek aan Toon begon. Op zijn mededeling dat die niet meer naar Sesiej zou komen, reageerde Verhaert nogal gelaten. ???Dat had ik wel verwacht. Al is het jammer, want hij was een prima arbeider en bovendien een aardige vent. Ik mocht hem graag; daar heeft zijn vrouw een goeie aan. Maar ik kan me voorstellen dat hij nu voor haar kiest, en omdat zij uit een groot en hecht gezin komt, wil ze daar natuurlijk niet weg. Nu moet ik dus naar een andere arbeider uitzien.???

Verhaert zweeg even, terwijl?? hij Dries onderzoekend aankeek. ???Wat denk je, zit die nieuwe man voor me? Ik heb er vanmiddag over nagedacht en er ook al met mijn vrouw en Truij over gesproken. We kennen je nog maar ????n dag, maar je lijkt ons een geschikte kerel. En dat je oog hebt voor het werk, kon ik meteen al zien. Nou - wat zeg je????

Dries hoefde niet lang na te denken. In de loop van die middag had hij zich al voorgenomen bevestigend op die vraag te antwoorden. ???Goed Piet, ik doe het. Ik moet nog wel een huisje zien te vinden.??? ???Dat lijkt me niet moeilijk,??? zei de boer lachend. ???Het huisje van Toon staat leeg. Hij huurt het van Jongeling op Den Bommel. Die had vroeger land in de Til en zijn arbeider bewoonde destijds dat huisje samen met zijn vrouw en kinderen. Intussen heeft Jongeling al zijn land verkocht en zit hij te rentenieren. Dat huisje zal hij je vast wel gunnen, dat moet je maar met Toon zien te regelen. Voorlopig blijf je bij ons.???

Op dat moment kwam Truij binnen en keek haar vader vragend aan. ???Het is geregeld, Truij,??? zei deze geruststellend, ???Dries is onze nieuwe arbeider.??? Waarop het meisje zich naar het aanrecht omdraaide om de koffiemokken af te wassen, maar niet snel genoeg om voor Dries de glimp van blijdschap in haar ogen te verbergen.?? ????

Dries had de geit gemolken en gevoerd, tarwe in de kippenren gestrooid en het varken zijn slobber gegeven - een van zijn dagelijkse klusjes. Daarna genoot hij op het bankje voor zijn huisje nog even van het warme avondzonnetje. Al een week lang was het voor de tijd van het jaar ??? eind maart ??? buitengewoon prachtig weer. Nu precies een jaar geleden had hij zijn geboortegrond in Sinaai verlaten om in Sesiej op de boerderij van Piet Verhaert te gaan werken. Uit de brieven van zijn broer had hij begrepen dat daar alles naar wens verliep. Het was een goed jaar geweest voor de boeren en ook met Joos en zijn gezin ging het redelijk goed. Al was er wel veel verdriet geweest om kleine Jan, die bij zijn vertrek nog in de luiers had gelegen. In december, een week voor kerstmis, was het ventje plotseling overleden. In zijn laatste brief had Joos echter geschreven dat er hoop was op een tweede Jantje: Kaat was weer in verwachting.

Dries had zijn broer regelmatig teruggeschreven. Ook voor hem was het voorbije jaar prima verlopen en van zijn beslissing om uit Sinaai te vertrekken had hij nooit spijt gehad. Het was elke dag hard werken op de boerderij, maar dat deed hij met plezier. En Piet was een fijne baas, goedlachs, altijd in voor een grapje en nooit te beroerd om als dat nodig was ook de armen uit de mouwen te steken. Dat was het afgelopen najaar wekenlang het geval, omdat door de vele regenval het steken van de meekrap veel moeite had gekost.

De manier waarop Piet samenwerkte met Zuijdijk was voor Dries een openbaring geweest. Het waren totaal verschillende mannen, maar wat lagen ze elkaar goed! Alles deden ze gebroederlijk samen, wat werd nagevolgd door hun arbeiders. Zuijdijk was overduidelijk degene die het werk op het land organiseerde en bepaalde welke werkzaamheden het eerst moesten gebeuren. Verhaert deed de in- en verkoop, trad in onderhandeling met de commissionairs en voorman van de stoof, betaalde de lonen uit en regelde het transport van bieten en aardappels naar de schepen op Den Bommel. Regelmatig kwamen ze bij elkaar voor overleg, maar Dries had gemerkt dat het dan meestal niet over het werk ging. Zuijdijk was de jongste kerkmeester op Den Bommel en omdat Verhaert zich voor kerkelijke en theologische kwesties interesseerde, hadden ze gespreksstof in overvloed. Dries bewonderde de kalmte en rust waarmee de mannen met elkaar in discussie gingen over zaken die elders nogal wat stof op deden waaien. Nooit viel er tussen hen een onvertogen woord.

Direct na zijn aankomst had Verhaert hem al toevertrouwd dat Truij niet z??jn dochter was, maar van Jan de Bruijne. Zij was pas ????n jaar toen haar vader overleed. Dat was in mei 1734. Nog geen tien maanden later hertrouwde haar moeder Gertrudis Gerritse met Jan van den Biggelaar, maar ook dat huwelijk was geen lang leven beschoren. Anderhalf jaar na de geboorte van hun dochtertje, in het voorjaar van 1739, stierf Jan na een heel kort ziekbed. Op 21 april 1741 trouwde Gertrudis Gerritse voor de derde maal, dit keer met Piet Verhaert. Ze kregen twee kinderen, die echter beiden jong stierven. Ook Gertrudis??? zoontje uit haar eerste huwelijk, het twee jaar oudere broertje van Truij, was jong gestorven.

Piet had hem ook al gauw opgebiecht dat hij overspel had gepleegd met een meisje uit Oude Tonge, Gertrudis van der Bol, waaruit een half jaar na de geboorte van zijn wettelijk dochtertje, een zoontje was geboren. Piet had het kind erkend, maar een huwelijk met de moeder was uiteraard niet mogelijk. Ook dit kind stierf jong.

Piet was op enigszins vergelijkbare wijze als Dries in Sesiej terecht komen, zo had hij hem verteld. Hij was in Stabroek geboren uit het tweede huwelijk van zijn vader, die uit zijn eerdere huwelijk een volwassen dochter had. Deze Margrita was getrouwd en had toen Piet werd geboren al een zoontje van een paar maanden. Toen Piet net een jaar was, stierven kort na elkaar zijn beide ouders, waarna Margrita en haar man als zijn voogden werden aangesteld. Samen met zijn oomzeggertje groeide Piet op de boerderij op. Zijn vader had de boerderij aan zijn dochter vermaakt, maar voor Piet bij de notaris een ruime financi??le compensatie geregeld, waarover hij eenmaal meerderjarig de beschikking zou krijgen. Tot dan werd zijn kapitaal door zijn zwager beheerd. Toen Piet evenals zijn neefje op de leeftijd kwam om zelf een bedrijf te beginnen, besloot hij om de ouderlijke boerderij te verlaten en elders zijn heil te zoeken. Eenmaal op het eiland Flakkee beland, was zijn zwager overgekomen om hem te helpen zoeken naar een boerderij met een geschikt stuk land. Zo was Piet in 1740, ruim zestien jaar geleden, in Sesiej terechtgekomen.

Van Piet???s plan ooit nog eens naar Stabroek terug te kerenwas niets gekomen, begreep Dries. ???Ik heb zoveel om hier te blijven, een lieve vrouwen Truij, van wie ik zielsveel houd,??? vertelde Piet en keek hem toen vragendaan. ???En jij, ga jij nog eens terug naar Sinaai???? Die vraag had Piet hem eerderook al eens gesteld - nu ruim drie maanden geleden, rond Kerst. ???Dat is welmijn bedoeling Piet, ik heb het Joos beloofd. Hij vond het zo erg dat ikwegging. Hij was helemaal in tranen toen ik het hem vertelde. Maar ik kom tochterug, broertje,??? heb ik toen gezegd. Ongemerkt was het buiten kil geworden.Huiverend stond Dries op van zijn bankje om zijn huisje binnen te gaan. Maartoen hoorde hij zacht gemekker en bedacht hij zich. Nog even bij de geit eenpaar wortels in de bak gooien. Die liet zich elke avond om deze tijd horen. Inzijn huiskamertje stak Dries de olielamp aan en pakte het boek waarmee hijbezig was. Maar hij kon zijn aandacht er niet bij houden, Piet???s laatste vraagspookte nog steeds door zijn hoofd. Want w??lde hij eigenlijk wel naar Sinaaiterug? Hij had het hier erg naar zijn zin en intussen zoveel vrienden: Piet enzijn vrouw natuurlijk, maar ook Koos, Zuijdijk, de broers Kamerling, de broersHameeteman en Jongeling uit Den Bommel, die elke zaterdagmiddag de huur op kwamhalen en dan meestal een poosje bleef zitten. ???Ik vind het altijd zo gezelligbij jou,??? had hij zelfs eens gezegd. En dan had je nog Wouters, de wagenmaker,en Toon en zijn vrouw bij wie hij altijd even langs ging als hij in deLangstraat moest zijn. En Frans Tol uit de acht huisjes en Thijs Vervloet warenook echte maatjes, met wie hij af en toe een biertje dronk bij Koos op de Hoek.Dries pakte zijn boek weer op en probeerde weer te lezen - tot hij zichplotseling realiseerde zojuist een belangrijk persoon te zijn vergeten - Truij!Vergeten was trouwens niet het goede woord. Sinds hij haar voor het eerst zag -in de deuropening van de boerderij toen?? hijhaar kreupele vader van de Hoek thuisbracht - was ze geen moment uit zijngedachten geweest. En zoals altijd als hij aan haar dacht, kreeg hij een blijen warm gevoel. Misschien moest hij het zichzelf maar eens toegeven: hij wastot over zijn oren verliefd! Wat had hem toch zo lang weerhouden om dat teerkennen? Misschien zijn belofte aan Joos om naar Sinaai terug te komen? Maarnu wist hij het absoluut zeker: zijn plek is hier, en zal dat altijd blijven!Net als Joos heeft hij recht op een eigen gezin, met een lieve vrouw en hopelijkstraks ook kinderen. Hij legde zijn boek weg en sprong overeind om naar Truijop de boerderij te rennen. Maar met zijn hand al om de deurkruk sprongen detranen hem plotseling in de ogen. Zou Truij eigenlijk wel ook van hem houden????Ach man, ga naar haar toe,??? zei hij tot zichzelf, ???zeg toch gewoon dat je vanhaar houdt!??? Waarop hem weer te binnen schiet wat Zuijdijk hem afgelopen zomer,toen ze met alle arbeiders en Truij aan het hooien waren, had toegefluisterd:???Dries, die meid houdt van je, ik kan het duidelijk zien als ze naar je kijkt.???Blijkbaar had hij dat destijds weten weg te drukken, maar nu kon ??n wilde hijdat niet meer???. Morgen zou Truij zijn huisje weer opruimen zoals elke week. Alshij dan thuiskwam van het werk, was ze net klaar met brood te snijden en spekte bakken, en ook stond er lekkere koffie voor hem klaar. Zou d??t het juistemoment zijn om het haar te zeggen? Maar nee, hij wilde haar niet inverlegenheid brengen??? Later op de avond zou hij, zoals wel vaker, gewoon naarde boerderij gaan, en rustig met haar praten.

Bij de boerderij aangekomen zag hij Truij een stukje verder op de dijk met Bram Kamerling praten. Dat deed ze wel meer. Bram en zijn broer Jaas woonden al hun hele leven in het huisje waarin ze geboren waren. Ze waren nooit getrouwd en dat zou er ook wel nooit meer van komen; ze waren al dik in de zestig. Bij mooi weer hielpen ze nog wel eens mee op het land, maar zwaar werk lieten ze aan zich voorbijgaan. Bram stond omhoog te wijzen naar iets in een boom aan de overkant van de weg; wat het was kon Dries niet zien.??

Toen hij erheen liep, kwam Truij hem met een blij verraste glimlach tegemoet. Hij had haar die middag niet gezegd vanavond nog te willen buurten. ???Ha, Dries,??? riep ze. ???Kom eens kijken.??? Toen hij omhoog keek, zag hij een nest. ???Wat is daarmee???? ???Bram vertelde me zojuist dat daar twee eksters broeden,??? zei Truij. ???Vorig jaar zaten ze in de boom achter hun huis en omdat ze een vreselijke herrie maakten, had Jaas ze weggejaagd. Hij werd helemaal gek van het gekrijs. Nu heeft Bram ontdekt dat dezelfde vogels daar in die boom zitten. Echte rotzakken zijn het. Bij het oude nest, waar ook twee uilen een broedplek hadden, hebben ze eens net zo lang zitten wachten tot een van de uilen wegvloog, waarna ze de andere?? aanvielen. Om de beurt pikten ze die uil in zijn kop, en toen die er vandoor ging maakten ze alle eieren kapot.?????

Wat een verhaal! Dries moest erom lachen. ???Kwam je nog even langs, Dries???? vroeg Truij. ???Ja, maar het is nog zo???n mooi weer; zullen we een eindje wandelen? Even bij het Vlakkie gaan kijken???? ???Ja, leuk,??? antwoordde het meisje.?? Onderweg babbelden ze over van alles en nog wat, maar eenmaal bij het uitzichtpunt over het Vlakkie vroeg Truij opeens ernstig: ???Had Joos nog nieuws???? Die middag had ze een brief op zijn deurmat zien liggen en die op de tafel gelegd. ???Nou nee, geen nieuws, maar wel vroeg Joos zich af wanneer ik eindelijk eens terugkwam.??? Hij zag Truij???s gezichtje duidelijk betrekken terwijl ze vroeg: ???Denk je veel aan Sinaai, Dries? Mis je de boerderij???? ???Ja, dat wel Truij???..?????

Een tijdje zwegen ze beiden. Dries had haar het afgelopen jaar veel over zijn geboorteplaats verteld - de rijke geschiedenis ervan en de dorpelingen, de mooie oude kerk, het boerenland en de dorpjes in de omgeving, de kermis in Sint Niklaas en ook over hoeveel meer daar te beleven was dan hier???.???Wanneer ga je terug, Dries???? Dries hoorde een trilling in haar stem en lang met zijn antwoord wachtend, keek hij diep in haar blauwe ogen. ???Nooit meer Truij, als jij het goed vindt,??? zei hij tenslotte, ???of vind je het niet erg als ik wegga??????

???Maar Dries ??? wat - wat zeg je me nou???? Het meisje pakte hem stevig bij de arm en toen ze naar hem opkeek dacht hij tranen in haar ogen te zien. ???Ik hou van je Truij,??? stamelde hij verlegen, ???en echt heel veel. Dat wilde ik je al heel lang zeggen, maar???.??? Het meisje sloeg een hand voor haar mond. ???Nee, echt Dries???? ???Ja, Truij, al vanaf de eerste avond,??? bekende hij, terwijl hij een arm om haar heen sloeg. ???Ik had het je echt heel graag veel eerder gezegd, maar wist niet hoe???. Hou je ook van mij? Kom, geef me eens een kus.?????

Heel dicht tegen elkaar staand konden ze elkaars warmte voelen en het kloppen van elkaars hart. Vanaf de dijk uitkijkend over het Vlakkie zagen ze de polder, met in de verte de acht huisjes. ???Hier ligt mijn toekomst Truij - ??nze toekomst als je het goed vindt. Wil je mijn vrouw worden???? ???Ja, ja,??? - Truij juichte het bijna uit. ???Ik hou ook zo van jou, Dries.??? Hand in hand liepen ze helemaal om het Vlakkie heen. En toen nog eens, en nog eens???.. Pas toen het al bijna donker was, keerden ze terug naar de boerderij.

Verhaert en zijn vrouw reageerden verheugd op het bericht dat Dries hun dochter ten huwelijk had gevraagd, al waren ze niet verbaasd. ???We konden het wel zien aankomen,??? zei vrouw Verhaert, toen Dries en Truij hun die avond het grote nieuws brachten.?? ???Bovendien kwam Thijs Vervloet hier zojuist vertellen dat hij jullie bij het Vlakkie had gezien. Die twee zijn dikke vriendjes, zei hij. Toen wisten wij genoeg.??? Piet Verhaert schonk voor alle vier een borrel in, en hij en zijn vrouw proostten op het jonge stel.??

Voor hij naar zijn huisje ging zei Dries: ???Ik schrijf morgen een brief naar Joos. Als ik bericht van hem heb gekregen, gaan we in ondertrouw.??? Die brief liet niet lang op zich wachten. Na veertien dagen lag hij al op de deurmat. Joos schreef het jammer te vinden dat Dries niet meer terugkwam, maar zijn beslissing goed te begrijpen. Hij zou graag voor de bruiloft overkomen, maar dat was moeilijk, niet alleen vanwege al het werk op de boerderij, maar ook kon hij zijn vrouw niet alleen laten. De zwangerschap verliep weliswaar goed, maar voorzichtigheid bleef geboden.??
Op 16 april 1756 gingen Dries en Truij naar het dorpshuis van Ooltgensplaat voor de aangifte van ondertrouw. Ze gingen met de kar van Zuijdijk - Dries, Truij, Verhaert en zijn vrouw in de wagen en Zuijdijk op de bok. Het was een lange en ook zware rit over de dijken, die er na de lange winter niet al te best bij lagen, met veel diepe kuilen en plassen. Voor vrouw Verhaert, die de laatste tijd niet zo fit was, was de reis eigenlijk te veel. Maar ze wilde er z?? graag bij zijn???.??
Na het opmaken van de akte, waaronder Andries als enige zijn handtekening zette, kwamen zij in het caf?? een beetje bij onder het genot van een bak koffie. Op 3 mei zouden ze in Ooltgensplaat in het huwelijk treden. ???Dan vraag ik aan Miesse of we zijn koets mogen gebruiken. Dat ding heeft veren, waardoor je veel minder last hebt van schokken,??? zei Zuijdijk. Hij was de enige in heel Sesiej die met Miesse kon opschieten. Op Den Bommel zaten ze samen in de kerkenraad, maar ook daar was de boer niet populair. ???Hij heeft gewoon een moeilijk karakter, maar in de grond is het een goeie vent. Bij de kerk en diaconie hebben we nooit last van tekorten, die vult hij ongevraagd aan. Het gewone kerkvolk merkt daar niets van, maar de dominee en wij natuurlijk wel.?????
Miesse stemde er meteen mee in de koets op 3 mei uit te lenen, maar wilde dat zijn eigen koetsier zou rijden. Wat Zuijdijk uiteraard prima vond. De koetsier maakte vaker ritjes naar Ooltgensplaat en kende, anders dan Zuijdijk, elke kuil in de weg. Hij wist precies hoe hij de paardjes daaromheen moest sturen.
Net als de ondertrouw was ook de huwelijkssluiting een sobere aangelegenheid. Nadat gecontroleerd was of de drie zondagse geboden, die noodzakelijk waren om eventuele bezwaren tegen het huwelijk in te brengen, onverhinderd waren gegaan, werd de akte ondertekend en stond het gezelschap weer buiten. Vrouw Verhaert was thuisgebleven, maar zou op de terugreis worden opgehaald voor de kerkelijke inzegening van het huwelijk in Oude Tonge. Ook dat bleek een eenvoudige en korte ceremonie te zijn.??
Terug in Sesiej was het echter groot feest. Het was goed weer, dus het kon buiten in de boomgaard gevierd worden. Behalve de buren kwamen er veel andere dorpelingen het bruidspaar feliciteren. Het was behoorlijk laat in de avond toen Dries en Truij zich in het huisje aan de Tilsedijk konden terugtrekken.?? ??

Na hun huwelijk ging het leventje voor Dries en Truij voor wat betreft hun werkzaamheden door zoals ze dat gewend waren ze. Wel stelden ze hun werktijden zoveel mogelijk op elkaar af om zoveel mogelijk tijd samen door te brengen. Zo gingen ze elke morgen tegelijk de deur uit, Dries naar het land en Truij naar de boerderij om daar haar moeder te helpen. Hoewel deze nog geen vijftig was, had ze veel problemen met haar gezondheid. Koeien melken ging niet meer en ook het werk in de boomgaard was te zwaar. Ze beperkte zich daarom tot lichte huishoudelijke bezigheden, aardappels schillen, de afwas, het strijkwerk en het afstoffen van de meubels. ???s Middags ging ze een paar uurtjes rusten en ???s avonds maakte ze het nooit laat. ???Ik ben er niet gerust op, Truij. Je moeder is kortademig, heeft vaak hoofdpijn en is altijd moe,??? had Verhaert eens gezegd. Daarom nam Truij haar moeder zoveel mogelijk werk uit handen. Maar als Dries ???s avonds tegen zessen thuis kwam, zorgde ze ervoor dat het eten klaar stond. Daarv????r had ze op de boerderij dan al alles voor het avondmaal gereed gezet.??
De maand mei van het jaar 1756 was nog geen week oud toen Truij goed nieuws te vertellen had toen Dries ???s avonds thuiskwam. ???Ik ben zwanger,??? riep ze huilend van blijdschap nog v????r hij binnen was, en ook hij moest een traantje wegpinken.?? ???We gaan het zo direct aan je ouders vertellen, Truij.??? Na het eten liepen ze genietend van de avondzon hand in hand naar de boerderij. Moeder was gelukkig nog niet naar bed gegaan, maar Piet was aan het werk in de schuur. Terwijl Dries hem ging halen, zette Truij gauw koffie, en voor haar moeder thee. Eenmaal met zijn vieren rond de keukentafel gezeten, keek Dries beide oude mensen blij aan: ???Pa, ma, Truij wil jullie wat vertellen!??? Waarop moeder Verhaert met een kreetje van opwinding haar hand voor de mond sloeg: ???Oh, dan weet ik het al! Truij, is het echt waar???? ???Ja, moeder, Dries en ik verwachten in februari een kind.????? Vrouw Verhaert omhelsde haar dochter met tranen in de ogen. ???Oh kind, wat ben ik blij voor jullie.??? Ook Verhaert kuste zijn dochter hartelijk en sloeg Dries op de schouder: ???Mijn gelukwensen hoor. Man, jullie hebben er geen gras over laten groeien!?????
De zwangerschap verliep voorspoedig en ondanks wat aanvankelijke ochtendprobleempjes voelde Truij zich sterk genoeg om haar dagelijkse bezigheden voort te zetten. Toen de?? herfstmaanden aanbraken moest Dries haar soms zelfs afremmen. ???Meid, doe rustig aan, wij krijgen het werk wel klaar, hoor. Ook vrouw Verhaert was in goede doen. Ze leek na het goede nieuws een stuk opgefleurd te zijn. Elke zondag liepen Dries en Truij samen met Piet Verhaert, Koos en nog een paar buren naar de kerk in Oude Tonge. Maar vanaf eind november bleef Truij thuis bij haar moeder; haar buikje was intussen goed zichtbaar geworden. De dijk was slecht te belopen en Dries wilde niet dat Truij zou vallen. Bovendien begon het dat jaar vroeg te vriezen.??
Die winter hield de vorst lang aan en het werd gemeen koud in het huisje van Dries en Truij. Op een dag besloot Dries houten planken tegen de wand van de bedstee te timmeren om de kou zoveel mogelijk buiten te houden. In het schuurtje had hij al strobalen tegen de muur van het huisje gestapeld, dus van de oostenwind hadden ze niet veel last. Toch moest er flink gestookt worden om het echt behaaglijk te maken. Op 5 februari begonnen ???s middags de wee??n. Verhaert, die toevallig kwam kijken hoe het ging, ging snel de vrouw van Koos, die vroedvrouw was, waarschuwen. ???Het zal vast niet lang meer duren, de wee??n zijn z?? kort op elkaar??? zei deze tegen Dries.??
Even over zes werd het kind geboren. De vroedvrouw ving het kind op en Truij kwam snel overeind om het te bekijken: ???Een meisje, Dries! Is alles goed, buurvrouw???? ???Ja Truij, hoor maar, ze schreeuwt al.??? Terwijl de vroedvrouw de navelstreng doorknipte en het kind verzorgde, boog Dries zich over zijn vrouw. Hij wiste het zweet en de tranen van haar gezicht en kuste haar. ???Goed gedaan, vrouwtje, we hebben een pracht van een dochter, en alles lijkt goed met haar.???
De volgende dag gingen Dries en Verhaert met het warm ingepakte kind naar Oude Tonge om het te laten dopen. ???Maria??? schreef de pastoor in het doopboek. Hoewel vrouw Verhaert niet in staat was om mee te gaan, werd zij op verzoek van Dries toch samen met haar man op de akte als doopgetuigen vermeld. De kleine was vernoemd naar de moeder van Dries, Maria van Damme. Truij begreep dat wel - ze wist hoeveel Dries van haar had gehouden en hoe verguld hij was met deze naam.????
?? ??
In de nacht van 24 december 1759 kwam de temperatuur nog net boven het vriespunt - de winter was nog niet begonnen ??? dus goed weer om naar de nachtelijke kerstmis in Oude Tonge te gaan. In huize Verhaert heerste echter een bedrukte stemming; vrouw Verhaert hield al een aantal dagen het bed. Aanvankelijk wilde Verhaert dan ook bij zijn vrouw blijven maar Truij, die wist hoe graag haar vader naar de kerstmis wilde, drong er bij hem op aan toch te gaan. ???Ik blijf wel bij moeder,??? zei ze. En zo kwam het dat Verhaert en Dries samen met een aantal mensen uit het dorp die avond naar de kerk gingen. Op de dijk was het pikdonker; in de middag was er al een dikke mist over de polders rond Sesiej geschoven. De mannen kenden echter elke oneffenheid van de weg en kwamen niet in de problemen. Ze vertrokken ruim op tijd om zich nog v????r de dienst in de onverwarmde kerk een beetje op te kunnen warmen in het caf?? op de haven. Bij thuiskomst liep Dries nog even met Verhaert mee naar vrouw Verhaert. Truij was nog wakker. Ze lag op een ledikant niet ver van de bedstee. ???Moeder slaapt nu,??? fluisterde ze, ???maar ze is lang erg onrustig gebleven.??? Verhaert sliep die nacht in de andere bedstee en Dries zocht op de zolder een plekje.??
De dagen daarna brachten geen verbetering. Vrouw Verhaert at niet meer en dronk alleen af en toe wat water. Op Nieuwjaarsdag verslechterde haar situatie aanzienlijk. De chirurgijn, die al een keer was langs geweest, moest snel weer komen. Dries en Zuijdijk reden met de wagen naar Ooltgensplaat om hem daarom te vragen en halverwege de weg terug kwam het koetsje van de dokter hen al achterop. Ze lieten hem vlug passeren en bij thuiskomst was hij alweer vertrokken, maar Verhaert vertelde hoe de dokter, na vrouw Verhaert onderzocht te hebben, zorgelijk zijn hoofd had geschud. ???Ze is op, Verhaert,??? had hij gezegd en Truij, die dit hoorde, was gaan huilen. Dries begreep dat ze rekening moesten houden met een snel overlijden. Zelfs Maria, een vrolijk kind van nog geen vier, keek ongewoon bedrukt. Al kon ze de ernst van de situatie niet begrijpen, aan de gezichten van haar ouders zag ze wel dat er iets ernstigs aan de hand was. Truij zat constant aan het bed van haar moeder, en bevochtigde haar lippen als het niet lukte om haar wat te laten drinken. Vrouw Verhaert lag soms te ijlen, maar af en toe was ze heel helder. Op een zo???n moment zei ze: ???Truij, zorg je goed voor je vader als ik er niet meer ben???? ???Natuurlijk, moeder! Maar dat moet je niet zeggen, probeer toch beter te worden, het is zo weer voorjaar.??? ???Nee, kind, dat haal ik niet meer, ik ga naar de hemel. Huil maar niet, ik heb een mooi leven met jullie gehad, maar ook daar zal ik gelukkig zijn en ooit zie ik jullie allemaal terug.??? Na die woorden was ze weer in slaap gesukkeld.??
De dagen daarna sprak ze niet meer. Op een ochtend liep Dries naar Oude Tonge om de pastoor te vragen vrouw Verhaert te komen bedienen. Toen deze kwam probeerde hij nog met haar te praten, maar vergeefs. Twee dagen na de bediening, op 8 januari, raakte ze ???s morgens vroeg in coma. Ze vroegen de chirurgijn weer te komen, maar hij kon niets meer voor haar doen. Even voor de middag blies vrouw Verhaert haar laatste adem uit. Verhaert en Truij waren ontroostbaar en Dries was ook verdrietig maar probeerde sterk te blijven. Naast het werk in de schuur nam hij de gewone huishoudelijke taken over ??? hij zette koffie, sneed brood, kookte en probeerde ook al pratend de anderen wat af te leiden.??
Op 10 januari werd vrouw Verhaert op Den Bommel begraven. Zuijdijk had het koetsje van Miesse weer geregeld. ???Als je me nodig hebt Dries, kom je maar,??? had hij gezegd. Ook Koos en Bram hadden hulp toegezegd, maar Dries probeerde zoveel mogelijk zelf te doen.??
???Waar is opoe nou????, vroeg kleine Maria een paar dagen na de begrafenis aan haar moeder. Waarop Truij antwoordde: ???Opoe is naar de hemel, ze heeft het daar fijn.?????
Daarna braken er enige zware maanden aan. Op de boerderij was niet veel te doen, pas in april begon het werk op het land. Truij, Dries en Maria waren bij Verhaert ingetrokken om zoveel mogelijk bij hem te zijn. Maria had als eerste haar goede humeurtje terug en klom spontaan weer bij opa op schoot: ???Vertellen, opa, over vroeger???,??? klonk het, waarop er een lachje op het gezicht van de oude man verscheen. ???Er was eens???.???, begon hij, maar de kleine onderbrak hem gelijk: ???Nee opa - geen sprookje! Over vroeger, over Stabroek toen jij nog klein was.??? En toen hij begon te vertellen, luisterden ze allemaal - Truij, Dries en ook Koos en Zuijdijk - want vertellen, d??t kon Verhaert!??
Toen de werkzaamheden in april begonnen, hernam het leven zijn oude gangetje. Verhaert voelde nog steeds verdriet, maar hij was weer sterk genoeg om het leven aan te kunnen. Op een dag stelde hij dan ook voor dat Truij en Dries en de kleine meid weer in hun eigen huisje aan de Tilsedijk gingen wonen. ???Je komt maar zoveel als je wilt, Truij, maar na je gewone klusjes hier ga je weer lekker naar huis.????? ?? ?? ?? ??

Op 6 februari 1762 was Marietje jarig. Ze zou vijf jaar worden. Dat had een feestdag moeten zijn, maar het meisje was al een paar weken ziek. De winter had haar geen goed gedaan. Haar oogjes lagen diep in de kassen en ze had een hardnekkige hoest. Truij was de dag ervoor bij de moeders in de buurt langsgegaan om te zeggen dat het verjaardagsfeestje niet door kon gaan. ???Misschien binnenkort, als Marietje beter is. Hopelijk is het dan ook wat beter weer.??? Ook al had Marietje zich erg op het feestje verheugd, de afzegging ging volledig langs haar heen. Ze was zo ziek???. De chirurgijn, die de week daarvoor langs was geweest, had tegen haar ouders gezegd: ???Ze is niet sterk, maar knapt vast wel weer op.??? Maar dat kwam niet uit; Marietje werd met de dag zieker.??
De hele avond voor haar verjaardag brachten Dries en Truij bij het bedje van hun dochtertje door en ook ???s nachts bleven ze bij haar waken. Truij was zelf ook helemaal niet fit. De volgende morgen miste ze zelfs de kracht om Marietje te verzorgen. Gebogen over het aanrecht stond ze alsmaar over te geven. Nadat Dries Marietje had gewassen en iets te drinken gegeven, keek hij bezorgd naar zijn vrouw. ???Wat heb je toch, Truij???? ???Ik weet het niet, Dries. Zou ik misschien weer in verwachting zijn???.??? Daar keek Dries van op. Hij en Truij hadden de hoop op een tweede kind al opgegeven. Truij was nog maar 28 jaar, maar na de geboorte van Marietje was ze niet meer zwanger geraakt. Jaloers had ze in de afgelopen jaren naar al die vrouwen in de buurt gekeken die, vaak jonger dan zij, al vier of vijf kinderen hadden. Maar Dries wist niet wat hij nu voelde - blijdschap om het nieuwe kind, of verdriet om het lijden van zijn dochtertje. Hij was 36 jaar, dus niet zo jong meer. Bij zijn slapen was er al wat grijs in zijn donkerblonde haar te zien. ???Wat een ochtend, Truij! Maar hoe kunnen we daarover zekerheid krijgen? Zal ik de vroedvrouw halen, die kan je misschien wat meer vertellen.??? Zuchtend antwoordde Truij: ???Ja, doe dat maar. Dan zal ik proberen om iets bij Marietje naar binnen te krijgen.?????
Het werd een vreemde verjaardag. In de loop van de ochtend kwam de vroedvrouw. Deze zag al snel wat er aan de hand was. ???Ja, Truij, je bent in verwachting, alle tekenen wijzen erop.??? Dries omhelsde zijn vrouw en opa Verhaert, die bij Marietje???s bedsteetje zat en haar handje vasthield, kreeg er tranen van in zijn ogen. In de loop van die dag knapte het meisje gelukkig wat op. Truij slaagde erin haar een kopje soep te laten eten en haar hoest werd wat minder. ???s Middags vroeg ze aan Verhaert zelfs weer om een verhaaltje.

Er brak een moeilijke tijd aan voor Dries en zijn gezinnetjeen ook voor Piet Verhaert. Truij was wekenlang elke morgen te beroerd om ophaar benen te staan. Ze was zelfs vaak niet in staat voor haar dochtertje tezorgen en het werk op de boerderij kon ze helemaal niet aan. Daarom had Pietsnel een hulpje aangenomen - Keetje Philipsen, een 22-jarig meisje uitOud-Gastel, dat afgelopen december naar Flakkee was gekomen om haar zus Eva inAchthuizen bij een bevalling bij te staan. Nadat het kind kort daarop wasoverleden en Eva voldoende was hersteld, wilde Keetje terugkeren naar Brabant.Maar dit zou anders lopen???

Op een zondag kwam Piet bij de kerk een bekende tegen -Willem Sens, de man van Eva Philipsen. Hij vertelde hem vanwege zijn alsmaarzieke zwangere dochter een meisje te zoeken voor het werk op de boerderij, envooral om voor Truij te zorgen. Of Willem toevallig iemand kende? Deze zeiinderdaad misschien wel iemand te weten. ???Dan moet ik wel vlug opschieten, wantze zou morgen naar huis gaan, naar Oud-Gastel.???

Diezelfde avond kwam Willem naar Sesiej om Piet te vertellendat het zusje van zijn vrouw wel oren had naar de betrekking. De dag erop heelvroeg stond Keetje al met haar schamele spulletjes in een koffertje bij Piet opde stoep. In de loop van de dag maakte ze kennis met Dries, Truij en Marietje.Ze sliep op de boerderij waar ze ook het nodige werk deed, maar de meeste tijdbracht ze door aan de Tilsedijk. ???s Morgens vroeg ging ze Truij en Marietjeverzorgen en helpen met aankleden, wassen, eten en drinken. En ???s middags alsTruij naar bed ging om een paar uurtjes te rusten, nam ze Marietje mee naar deboerderij. Keetje moest dus dagelijks meermalen heen en weer lopen tussen deboerderij en de Tilsedijk, maar niets was haar te veel. Piet en Dries waren danook zeer content. Marietje, die nog steeds zwak en ziekelijk was en erg onder hetgebrek aan moederlijke aandacht leed, hechtte zich gelukkig snel aan Keetje.Piet betaalde haar elke week haar loon uit, maar ook Dries stopte haarregelmatig iets toe. ???Dat hoeft niet hoor, Dries,??? zei ze dan, ???ik ben blij datik jullie kan helpen.???

Dries en Piet deelden regelmatig elkaars zorgen. ???Het gaatniet goed, Piet,??? liet Dries zich tientallen keren ontvallen tijdens diemoeilijke maanden. En elke keer als Piet deze verzuchting hoorde, boog hijzwijgend het hoofd. Als Dries dan naar huis was gegaan, zat hij nog lang in hetdonker in zijn stoel, geheel in gedachten verzonken en af en toe biddend.?? Zo trof Keetje hem meermalen aan als zijthuiskwam. ???Ik maak nog even licht, hoor, Piet,??? zei ze dan en maakte bij hetaanrecht voor beiden een kopje chocolademelk. Zo werd het toch nog evengezellig???.

Half augustus verhuisden Dries, Truij en Marietje in verband met de aanstaande bevalling naar de boerderij. Het huisje aan de Tilsedijk had geen apart slaapkamertje, alleen maar twee bedsteden direct grenzend aan de huiskamer, niet bepaald een rustige plek voor Truij. Ze lag de meeste tijd op bed en omdat Dries ook niet wilde dat ze alleen gelaten werd, leek dit de beste oplossing. Keetje was nu altijd in de buurt. In de laatste week van september op maandag?? de 27e kort na de middag begonnen bij Truij de wee??n. Keetje ging snel vrouw Jansen, de vroedvrouw, waarschuwen en die kwam onmiddellijk. Na Truij onderzocht te hebben, constateerde ze dat de wee??n veel te zwak waren voor een normale bevalling. De chirurgijn moest meteen worden gewaarschuwd. Zuijdijk, die in de schuur de beesten aan het voeren was, vond dat Dries beter maar bij zijn vrouw kon blijven en ging samen met Koos naar de chirurgijn.?? Dries voelde zich zo ellendig en machteloos dat hij niet wist waar hij het moest zoeken. Kleine Marietje klampte zich vast aan Keetje, of zat bij Piet op schoot. Het wachten op de dokter duurde lang en intussen liep Dries voortdurend heen en weer tussen de keuken en het slaapkamertje, waar de vroedvrouw constant Truij in de gaten hield.??
Geruime tijd voor de mannen, die met paard en wagen waren gegaan, terug waren uit De Plaat, arriveerde de veel snellere koets met de geneesheer. Truij was er heel slecht aan toe. Piet die ook naar haar ging kijken, kwam huilend terug naar de keuken. ???De pastoor moet komen, Dries. Truij moet bediend worden. Ik ga met Zuijdijk naar Oude Tonge.??? In de schuur zocht hij Zuijdijk op. ???Natuurlijk man, ik ga met je mee!??? ???En ik ook,??? zei Koos, ???dan kan jij hier blijven, Piet.??? De mannen vertrokken onmiddellijk . Op de pastorie werd opengedaan door de huishoudster. ???O, wat erg is dat nu!??? zei ze. ???De pastoor is ziek. Hij ligt met hoge koorts in bed. En de kapelaan is tien minuten geleden met Schepers per koets naar Battenoord gegaan voor een bediening - ????n van de broers Buijs ligt op sterven. Ze kunnen niet voor het donker terug zijn en blijven dus in Battenoord slapen.?????
Met deze boodschap teruggekeerd in Sesiej sloeg de schrik er goed bij iedereen in. De chirurgijn was, geholpen door de vroedvrouw, uren met Truij in de weer, die om de haverklap het bewustzijn verloor. Op de schaarse momenten dat ze bij kennis was, werden de wee??n benut om het kind te halen. Het duurde allemaal veel te lang, maar tegen zessen - Truij was weer even bij bewustzijn - werd het kind uiteindelijk geboren en hoorde Dries zijn naam door de vroedvrouw roepen.????
De uitgeputte chirurgijn wiste zich met een schone doek, aangereikt door vrouw Jansen, het zweet van het voorhoofd, waarna hij zijn aandacht gelijk weer op Truij richtte. Naar het pasgeboren kind keek hij niet meer om. Het was een jongetje, zag Dries. De navelstreng was al verwijderd, maar het kind bewoog helemaal niet. Dries keek wanhopig beurtelings naar zijn vrouw en kind.?? ???Dood, dokter???? stamelde Dries en de chirurgijn knikte kort. Al zijn aandacht was op Truij gericht. ???De pols is zwak, vrouw Jansen.??? Ook aan de vroedvrouw was te zien dat de situatie heel zorgelijk was. Dries vocht tegen zijn tranen. Wat een mooi ventje lag daar - maar dood? ???Kom jochie, toe.??? Het lijfje begon al een beetje blauw te worden.?? Dries schoof een doek over het lijfje om het warm te houden. Opeens schrok Dries. Zag hij daar niet een trekje om het mondje? ???Ja!???, riep hij uit, ???kom dokter, hij leeft!??? Deze draaide zich onmiddellijk om, waarna ze beiden weer een lichte beweging tussen neus en mondje konden zien. ???Zuster, gauw - koud en warm water.??? Vrouw Jansen had toen ze aankwam Keetje al gezegd dat dat in de keuken klaar moest staan voor het geval het nodig was. Het meisje had de woorden van de chirurgijn gehoord en reikte onmiddellijk door de openstaande deur van het slaapkamertje twee kannen aan. Terwijl vrouw Jansen zich bezig hield met Truij, haar kussen opschudde en haar lippen bevochtigde, begon de dokter met ritmische bewegingen het blauwe lijfje van het kind te masseren.?? Dries keek gespannen toe. ???Toe, ventje, toe.??? Onder de behandeling van de chirurgijn werd de kleur van het lijfje duidelijk lichter, en opeens was daar een kreetje, heel zwak maar duidelijk hoorbaar. ???Neem hem maar over, vrouw Jansen.??? De chirurgijn richtte zich weer op Truij, die nog steeds buiten bewustzijn was. Nadat het ventje gewassen was en kleertjes had aangekregen, werd het aan Dries gegeven. Die schoof aan bij het bed. ???Kijk eens vrouwtje, hier is ie, Jantje???..????? Maar Truij reageerde niet. Ze was lijkbleek. ???Neem maar afscheid van haar, Dries,??? fluisterde de vroedvrouw. ???Misschien hoort ze je nog???.??? Dries, bij wie de tranen over de wangen rolden, pakte Truij???s hand. ???Dag meisje, hoor je me nog, ons kindje leeft.??? Precies op dat moment blies Truij haar laatste adem uit.

Truij stond maar twee dagen boven de aarde, langer kon zeniet thuis blijven. Op donderdag 30 september 1762 zou ze naar Den Bommelworden gebracht. Het medeleven met Dries en Piet was groot en alle buren kwamenafscheid nemen van de zo jong overleden vrouw. Al kwam het vaker voor datvrouwen in het kraambed stierven, iedereen was erg geschokt dat Truij slechtsnegenentwintig jaar was geworden. In een eenvoudige kist, door Thijs Vervloetbij Wouters in De Langstraat opgehaald, werd Truij met het koetsje van Miesenaar het kerkhof van Den Bommel gebracht en daar begraven. Zelfs Miese, diezich vrijwel nooit in het dorp liet zien, was Dries en Piet enigszins tot hunverrassing komen condoleren.

Keetje was niet bij de begrafenis geweest, maar bij dekinderen thuis gebleven. Marietje zag er heel broos uit en had een nare hoest.Dries en Piet maakten zich evenals Keetje, die zich aan het meisje was gaanhechten, grote zorgen om het kind. Met de kleine Jan ging het elke dag beter.Vrouw Jansen had voor het kind een min geregeld, buurvrouw Gebraad. Deze hadvijf dagen eerder een kind gebaard dat na een paar uurtjes was overleden.Jantje had direct goed bij haar gedronken. ???Dat is fijn, Dries, want dat luktniet altijd,??? zei de vroedvrouw. Buurvrouw Gebraad kwam driemaal per dag naarde boerderij, waar Dries erg blij om was. Nu was er een goede kans dat Jan inleven zou blijven. Toen Truij een half jaar geleden Piet had gezegd haar baby,als het een jongen was, Pieter te willen noemen, was Piet tot tranens toebewogen. ???Wat lief van je, Truij. Ik stel dat zeer op prijs. Je bent altijdzo???n lieve meid voor me geweest. Je was nog heel klein toen ik met je moedertrouwde en ik heb je altijd als mijn eigen dochter beschouwd. Maar toch wil ikliever dat je hem Jan gaat noemen, naar je jong overleden vader, Jan deBruijne. Ik heb hem niet gekend, maar je moeder vertelde vaak hoe goed hij voorhaar was, en hoe groot haar verdriet was toen hij stierf. Noem hem dus maarJan, Truij, je moeder zou daar erg blij mee zijn geweest.??? En zo was het Jangeworden. Die verschrikkelijke nacht - Truij was nog maar een uurtje dood - hadPiet het ventje gedoopt. Hij en Dries wilden niet wachten op de kapelaan, alzou die de volgende dag zeker komen. Dries en Keetje, die de baby in haar armenhad, hadden ontroerd toegezien hoe Piet voorzichtig een paar druppeltjes waterover het hoofdje sprenkelde terwijl hij de eenvoudige doopwoorden uitsprak:???Lieve Jan, ik doop je in de naam van de vader en de zoon en de heilige geest.???

Dries was na een week weer teruggegaan naar zijn huisje aande Tilsedijk, maar Marietje en Jan bleven bij Piet en Keetje op de stee. Daarnabraken er enige loodzware maanden aan. Piet somberde vaak urenlang in zijnstoel zonder ook maar iets te doen. De boekhouding begon achter te lopen enZuijdijk, die dat zag, vroeg Piet of zijn oudste zoon mocht komen helpen. Dezewas kort daarvoor op het raadhuis van De Plaat als klerk van de secretarisaangesteld. Piet vond het goed, maar na een paar maanden had hij zijn ritmeweer enigszins hervonden, en kon hij weer zonder die hulp. Dries zocht juistafleiding in het werk. Hij werkte als een bezetene, zodat Zuijdijk hem op eengegeven moment waarschuwde: ???Pas op Dries, werk je niet over de kop.???

Keetje zorgde goed voor Piet, Marietje en de baby. Enonvermoeibaar als ze was, gaf ze elke vrijdagmiddag ook het huisje aan deTilsedijk een?? beurt. Veel leek weer ingoede banen te komen, alleen de gezondheid van Marietje bleef zorgen baren. Datnajaar en die winter kwam de chirurgijn bijna wekelijks langs. Hij probeerdevan alles om haar aan te laten sterken, maar het mocht niet baten. Eind maart1763 overleed Marietje, kort na haar zesde verjaardag. Begin april werd hetmeisje op Den Bommel naast haar moeder begraven. Dries, Piet en Keetje waren ontroostbaar.

Twee maanden later, op 3 mei 1763, trouwde Dries met Keetje.Door alle gebeurtenissen van de afgelopen maanden waren ze steeds dichter naarelkaar toegegroeid en er waren weinig woorden nodig om tot deze beslissing tekomen. Twee weken na het overlijden van Marietje besloot Dries het Keetje tevragen toen ze klaar was met het schoonmaken van zijn huisje. ???Zullen we samenverder gaan, Keetje???? Het meisje was ook erg van Dries gaan houden en aarzeldegeen moment. ???Ja, Dries, wil je dat, o, heel graag!??? Dries had haar in zijnarmen genomen en toen ze elkaar voor het eerst kusten verdween alle ellende vande laatste tijd even naar de achtergrond. Na een uurtje stond Dries op: ???Wegaan meteen naar Piet om hem om zijn toestemming te vragen.??? Dat was niet perse nodig, maar ze waren zo nauw met de oude man verbonden geraakt dat hetlogisch leek om hun besluit aan hem voor te leggen. Piet was het niet ontgaandat Keetje elke avond met de kleine Jan op haar arm naar de dijk liep om Driesop te wachten, en reageerde enthousiast: ???Ik heb het zien aankomen, Keetje, ikheb mijn ogen niet in mijn zak.??? Keetje kleurde rood tot aan haar haarwortels.???Natuurlijk vind ik het goed,??? zei de oude boer, ???jullie maken me er zelfs heelblij mee. Maar ik wil je niet kwijt, Keetje. Jullie moeten bij mij op deboerderij komen wonen. Dan zijn we allemaal bij elkaar.???

Dries had meteen de huur van het huisje aan de Tilsedijkopgezegd en was met zijn dieren en schamele spulletjes naar de boerderijverhuisd. Nu het besluit was genomen, wilden ze niet lang wachten. En op eenschitterende dinsdagmorgen in mei reden ze met het koetsje van Miese enZuijdijk op de bok naar Oude Tonge - Dries en Keetje, met Piet tussen hen in.Daarachter reden enkele wagens met buren, Koos, de gebroeders Kamerling, vrouwGebraad, vrouw Zuijdijk en de gebroeders Hameeteman met hun vrouwen. Ook ThijsVervloet, Wouters uit De Langstraat en Frans Tol uit Achthuizen waren gekomen.Keetjes zusters Eva en?? Maria en hunmannen waren uiteraard ook van de partij. Vrouw Jansen, die had aangeboden opJantje te passen, zette na het vertrek van de stoet samen met haar dochtersalles in de boomgaard gereed voor het feest. Ondanks dat het een doordeweeksedag was, zat het kerkje vol. Ook in Oude Tonge waren er veel mensen die het paarintussen goed kenden en graag bij deze feestelijke gebeurtenis wilden zijn.Keetjes familie uit Oud Gastel was ook gearriveerd. Dries moest wel even eentraantje wegpinken toen hij al die mensen uit Brabant zag -?? zijn familie was er niet??? Hij had een briefnaar zijn broer geschreven, maar deze was niet gekomen. Dries begreep het wel,Sinaai lag te ver weg???.

V????r de trouwdienst was er eerst nog een mis, en toen werdenDries en Keetje door de pastoor in de echt verbonden. Weer terug in Sesiej werdtot laat in de avond feestgevierd, maar zonder de familie uit Brabant. Die hadom zes uur al afscheid genomen.

Begin september - op een warme middag rond een uur of twee - liep Keetje de Lageweg in om bij vrouw Zuijdijk langs te gaan. Die bracht rond die tijd altijd wat te drinken naar de mannen die een eindje verderop op het land aan het werk waren. ???Mag ik dat vandaag doen, vrouw Zuijdijk???? Vrouw Zuijdijk keek haar vragend aan. ???Natuurlijk,?? maar is er wat???? Waarop Keetje blozend knikte. ???Ja, ik moet Dries wat vertellen???.??? Vrouw Zuijdijk keek haar nog eens goed aan, en toen begreep ze het. ???Ga maar gauw, daar staat de tas al klaar.??? Die ochtend was Keetje bij vrouw Jansen langs geweest en die had haar vermoedens bevestigd: Ze was zwanger! Ze kon wel een gat in de lucht springen van blijdschap en wilde eigenlijk direct naar Dries rennen om het goede nieuws te vertellen. Die zou ook wel erg blij zijn!??

Aan die ochtend leek geen eind te komen en toen een zoon van Zuijdijk ook nog kwam vertellen dat Dries samen met de andere mannen die middag bij zijn moeder zouden eten, kon ze het niet langer uithouden. Na voor Piet en Jantje eten te hebben gemaakt, legde ze het ventje in zijn ledikantje voor zijn middagslaapje en glipte de deur uit. Piet was druk met de boekhouding bezig en had niets in de gaten. Vanaf Zuijdijk was het niet ver meer naar het veld waar de mannen aardappels aan het rooien waren - Zuijdijk, Dries en de gebroeders Hameeteman. Ze zagen Keetje in de verte al aankomen. ???He, Dries, je vrouw komt er aan,??? riep Zuijdijk en Dries keek verontrust op. Wat zou er zijn? Hij stond vlug op en liep haar tegemoet. ???He, Keetje, wat kom jij doen???? Lachend zette ze de zware tas neer en pakte Dries beet. ???He, lieverd, ik ben zo blij, ik kon echt niet tot vanavond wachten. We krijgen een kindje. Ik ben al bij vrouw Jansen geweest.??? Dries wist niet wat hij hoorde. Een intens gevoel van blijdschap trok door zijn lijf. ???Wat een verrassing, Keetje! Hier, een knuffel - geweldig! Mag ik het de mannen al vertellen???? ???Natuurlijk, Dries!???, knikte Keetje blij.????

Toen ze thuiskwam zat Piet met Jantje op schoot op de bank in de boomgaard. ???H??, waar was je Keetje? Ik hoorde Jantje huilen, en omdat je nergens was, heb ik hem uit zijn bedje gehaald en een schone luier aangedaan.??? ???Ik mo??st gewoon naar Dries om dit te vertellen,??? legde Keetje uit, ???ik kon echt niet langer wachten.??? Ook Piet was opgetogen: ???Wat een mooi nieuws, Keetje. Wat ben ik blij voor jullie!???

Keetjes zwangerschap verliep voorspoedig en op 6 mei 1764 beviel ze zonder problemen van een gezond jongetje. Dries en Keetje hadden voor Piet een bijzondere verrassing in petto. Zodra het ventje was gewassen en aangekleed, bracht Dries hem uit de slaapkamer naar de keuken, waar Piet ongeduldig zat te wachten. Behoedzaam legde Dries de baby in de armen van de oude man. ???Hier Piet, hier is ie, en zijn naam is Piet!?????

Ruim twee jaar later kregen Dries en Keetje een dochtertje, dat ze Riekje noemden. Hoewel zowel de zwangerschap als de geboorte goed verliepen, was het snel duidelijk dat ze haar niet lang zouden mogen hebben. Bijna drie maanden later vond Keetje het ???s morgens dood in haar wiegje.

Half januari 1767 bleek Keetje opnieuw zwanger te zijn, maar dit blijde nieuws werd overschaduwd door de ziekte van Piet. Hij voelde zich al een tijdje niet goed en had met kerst zelfs niet naar de mis in Oude Tonge meegekund. Maar op Nieuwjaarsdag was hij eventjes opgestaan en zat hij weer op zijn stoeltje achter de keukentafel. Jantje lag languit op de vloer met zijn blokjes te spelen en Pietje lag op zijn ruggetje in de box. ???Komen jullie er eens bij zitten, Dries en Keetje.??? Ze zagen duidelijk dat Piet wat op zijn lever had en schoven aan. ???Ik maak het niet lang meer. Ik heb een goed leven achter de rug, en veel meegemaakt ??? verdriet en geluk. Het is mooi geweest.??? Op zijn gegroefde gezicht verscheen een fijn lachje toen hij zei: ???Jullie zijn alles wat ik heb. Daarom, Dries, wil ik alles wat ik heb aan jullie nalaten - de boerderij en het land. Geld zal er niet veel overblijven. Ik heb alles al met Zuijdijk en zijn zoon doorgenomen. Ik wil dat alles na mijn overlijden zal doorgaan zoals we gewend zijn.???

Begin april dat jaar stierf Piet, na geheel bij bewustzijn van iedereen afscheid te hebben genomen. ???Treur niet om mij,??? waren zijn laatste woorden. Op 11 april werd Piet op Den Bommel begraven.

Na het overlijden van Piet kwam het leven op de boerderij moeizaam op gang. Keetje kon moeilijk wennen aan de lege stoel achter de keukentafel en ook Dries kreeg telkens een brok in zijn keel als hij ???s avonds binnenkwam. Jantje, die alleen begreep dat opa ???weg??? was,?? hoorde je er niet meer over, maar Pietje bleef nog lang ???Waar is opa nou???? roepen.??

Al gauw kwam Zuijdijk de papieren van Piet ophalen. ???Dat gaat mijn zoon wel regelen,??? zei hij, wat Dries prima vond. Door al zijn aandacht op het werk te richten probeerde hij de ellende achter zich te laten. Hij liet nooit veel los over wat er zich van binnen afspeelde. Alleen aan Zuijdijk kon hij af en toe iets kwijt. De mannen verstonden elkaar goed. Keetje verwerkte de gebeurtenissen sneller. Dagelijks zocht ze haar buurvrouwen op voor een praatje en thuis hielden de twee jongetjes haar voortdurend bezig. Die waren niet meer achter het veilige hekje in de boomgaard te houden en zochten meer en meer de dijk op om met de buurjongetjes te spelen.??

Na een goed verlopen zwangerschap werd in september een kerngezond jongetje, Hans, geboren. De blijdschap in het gezinnetje was groot. Jantje en Pietje stonden om de haverklap bij het wiegje en konden hun ogen niet van de baby afhouden. En al stond Dries ook bij deze gebeurtenis weer stil bij Piets dood en de fijne momenten die hij met hem beleefd had, de komst van de kleine was precies wat hij nodig had. Hij fleurde helemaal op, schreef enthousiaste brieven naar zijn broer, en werd voor zijn buren en arbeiders weer de man die ze kenden.??

In de daarop volgende jaren kregen Dries en Keetje nog vier kinderen: Marietje, Riekje, Kaatje en Kees. Kaatje stierf echter al een maand na haar geboorte. En Hans, die toch een sterk ventje leek, werd in de zomer van 1772 plotseling erg ziek. De chirurgijn kon niets meer voor hem doen en vlak voor zijn vijfde verjaardag moesten zijn ontroostbare ouders hem loslaten.????

Toen Jan en Piet twaalf jaar waren, gingen zij hun vader op de boerderij helpen. Het waren sterke jongens, die al snel niet voor de volwassen arbeiders onder deden. Toch werden ook zij niet oud. In 1781 stierf Jan, pas achttien jaar, en in 1785 ook Piet, die nog maar twintig jaar was. Na elke klap waren Dries en Keetje maandenlang van streek, maar zij moesten wel verder, voor hun drie overige kinderen???

Twee weken na het overlijden van Piet, haar geliefde zoon, raakte Keetje bij het uitgaan van de kerk in Oude Tonge aan de praat met Jaantje Priem, de weduwe van Kees Tol. ???Nog gecondoleerd, Kee. Hoe gaat het nu???? vroeg vrouw Priem. Keetje keek de vrouw aan. ???Moeilijk, Jaan, het is heel moeilijk. Dries en ik zijn er kapot van.??? De weduwe knikte: ???Ja, ik weet er alles van, het leven is hard, maar we moeten verder voor de kinderen Kee.??? Tijdens het gesprek vertelde Jaantje dat ze sinds kort kennis had aan Hendrik Schepers, een Brabander uit Oud Gastel die op de Kaai allerlei spandiensten voor de schippers verrichtte. ???Oud Gastel????, vroeg Keetje. ???Dan ken ik vast zijn ouders. Ik ben daar geboren, Hendrik herinner ik me niet zo gauw, ze hadden meer jongens.??? Op dat moment kwam Marie aanlopen. ???Ma, zullen we gaan? Pa staat met de kar op de Kaai te wachten.??? ???Is dat je dochter????, vroeg Jaantje. ???Wat een flinke meid is dat al!??? Waarop de vrouwen vlug afscheid namen.??

Een paar dagen later reed er een kar voor bij de boerderij van Dries en Keetje. Jaantje stapte af, en de man op de bok bond het paard aan een paaltje vast. ???Ik kom even langs, Keetje. Dit is Hendrik. We willen je wat vragen.??? ???Kom binnen, mensen. Dries is aan het werk, maar willen jullie koffie???? ???Graag, Kee!????? De gasten namen plaats aan de keukentafel en toen er koffie was ingeschonken, kwam Jaantje met haar vraag op de proppen. ???Hendrik en ik zijn het eens geworden om binnenkort te gaan trouwen. Ik heb twee kinderen, maar dat is voor Hendrik geen probleem. We hebben op de Kaai een nieuw huis gevonden. Het is groter dan wat ik nu heb, daarom zoeken we een inwonend dienstmeisje. Toen ik zondag je flinke dochter zag, kwam ik op een idee. Als jij er geen bezwaar tegen hebt, zou zij dan bij ons willen komen???? Keetje was volledig verrast door dit verzoek en liet dat de gasten ook duidelijk merken. ???Daar heb ik zo gauw geen antwoord op. Ik zal het er met Dries over hebben en Marie moet het ook natuurlijk willen. Ze is er nu niet, samen met Riek is ze de bakker op de Hoek aan het helpen. Jullie horen gauw van ons.??? Nadat de gasten afscheid hadden genomen, zat Keetje nog lang in gedachten verzonken aan de tafel. Zij en Dries hadden een tijdje geleden al eens met elkaar gesproken over een uitwonend baantje voor Marie. Ze was bijna vijftien, en in het dorp waren er wel jongere meisjes die bij een boer in een van de polders dienden. Toen ze ???s avonds na het eten erover begon, sprong Marie een gat in de lucht van blijdschap. ???Ja mam, dat wil ik graag!??? Keetje had het er echter best moeilijk mee. Dries wat minder. ???Ze is de wereld niet uit, Kee,??? zei hij later die avond in de bedstee. ???Ze komt elke maand een paar dagen thuis, en ook de zondagen zullen we haar regelmatig zien.????? ?? ?? ??